Hoe maak je een film af als de hoofdrolspeler sterft?

KIJK-redactie

14 maart 2015 16:00

Acteurs die tijdens filmopnamen overlijden: het is een tragedie zo oud als de filmgeschiedenis zelf, die zich met Philip Seymour Hoffman en Paul Walker onlangs opnieuw afspeelde. Maar momenteel maakt de techniek echt geloofwaardige digitale replica’s mogelijk.

Op de ochtend van 31 oktober 1993 kreeg regisseur George Sluizer een onaangenaam telefoontje. Die nacht was River Phoenix voor de deur van een club in Los Angeles in elkaar gezakt. De jonge acteur (23) stierf enkele uren later: een drugsoverdosis. Sluizer had Phoenix nog meerdere dagen nodig om de opnamen van zijn Hollywood-debuut Dark blood af te kunnen ronden. Nu miste hij enkele essentiële scènes en kon hij stoppen met draaien. Dark blood bleef onvoltooid.

Het is de nachtmerrie van elke filmproducent: een onvervangbare acteur overlijdt tijdens de productie. Al het geschoten materiaal is in één klap waardeloos geworden. En al keert de verzekering uit, jaren werk kan de prullenbak in. Toch is die tegenslag tegenwoordig minder desastreus dan twintig jaar geleden. De ontwikkelingen in de digitale trucage (CGI) gaan zo snel dat er volop mogelijkheden zijn om de ontbrekende shots in te vullen. Zo komen dit jaar acteurs Paul Walker en Philip Seymour Hoffman tot leven in scènes die zij zelf niet konden voltooien. Maar gaat het ook lijken?

Dit is een fragment van een artikel te vinden in KIJK 4/2015. Dit nummer ligt in de winkel van 19 maart tot en met 22 april.

Hieronder een filmpje over de digitale transformatie van Jeff Bridges in de film Tron: Legacy.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Meer informatie:

Tekst: Mark van den Tempel