‘Temperatuur beïnvloedt vleugelkleur libellen’

Karlijn Klei

24 januari 2019 12:59

Onderzoekers lieten zien dat mannetjes libellen in warmere gebieden lichter gekleurde vleugels hebben dan op koude plekken.

We hebben elk jaar een paar snoeihete dagen waarop de zon op je huid brandt. En welke kleur trek je dan uit je garderobe? Precies, iets lichts, want hoe donkerder je T-shirt, hoe groter de kans dat je je te pletter zweet.

Net als dat zwarte kleding warmer wordt in de zon dan witte, zouden ook libellen met donkerdere vleugels het een stuk warmer krijgen, schrijven biologen van de CWR-universiteit in vakblad Ecology Letters. In het onderzoek laat het team zien hoe de vleugelkleur bij libellen deels afhankelijk is van de temperatuur van hun leefgebied, en hoe de rappe temperatuurstijging als gevolg van klimaatverandering hierdoor een extra vervelende uitkomst kan hebben.

Lees ook: Geen happy ending voor deze libelle

Kleurpatroon

De kleuren van libellenvleugels, zelfs van dezelfde soort, kunnen sterk verschillen. In de loop der jaren hebben onderzoekers het fenomeen dan ook al op verscheidene manieren geprobeerd te verklaren. Deels succesvol, vond een team biologen aan de Case Western Reserve-universiteit. Toch werd er misschien iets over het hoofd gezien, meenden ze.

Het viel de biologen namelijk op dat de vleugelkleur van de libellensoort Pachydiplax longipennis, ook wel de blauwschicht genoemd, sterk verschilde tussen soortgenoten uit het warme westen van de VS en het koelere Ohio. Mogelijk had ook temperatuur dus een rol in vleugelkleur, vermoedde het team.

Een van de mannelijke blauwschichten met donkere vleugels. © Michael Moore/Case Western Reserve University

Warme oorden

Om hun hypothese te testen, vergeleken de biologen honderden foto’s van blauwschichten uit verschillende hoeken van de VS, met de weersomstandigheden per locatie. Daaruit bleek dat de mannetjes libellen uit de hetere delen van Noord-Amerika beduidend minder kleurrijke vleugels hadden dan de insecten uit koudere plaatsen.

Experimenten die volgden, onthulden waarom. Mannetjes blauwschichten waarbij de vleugels donkerder gemaakt waren, bleken bij een potje gewichtheffen aanzienlijk beter te presteren dan mannetjes met lichtere vleugels. Volgens de onderzoekers zouden de donkere vleugels, net als een zwart T-shirt, meer warmte van de zon absorberen. Hierdoor warmen de spieren van de koudbloedige libellen sneller op.

Met een hittegevoelige camera is te zien hoe warm de donkere vleugels van deze libelle worden. © Michael Moore/Case Western Reserve University

Oververhit

Door de warmere vleugels werden de libellen sneller, sterker en zo waarschijnlijk aantrekkelijker voor vrouwtjes, maar helaas bleek het ook een keerzijde te hebben. Werd de temperatuur té hoog, dan raakten de libellen oververhit en bleven ze met moeite in de lucht. Het bereiken van die perfecte temperatuur – niet te warm, niet te koud – zou verklaren waarom de blauwschichten in koude gebieden donkere en op warme plaatsen lichte vleugels hebben.

Bioloog Casper van der Kooi (Rijksuniversiteit Groningen) zou wel meer willen weten over de lichtweerkaatsing. “De onderzoekers hebben de zwartheid van de vleugels met fotografie bepaald”, vertelt hij. “Maar er wordt weinig geschreven over hoe de opwarming – die lichtweerkaatsing – verder plaatsvindt. De donkere patch (red.: zie bovenste foto) is een relatief klein deel van de vleugel en het lichaam. Het is niet onmogelijk dat individuen met deze zwarte vlekken ook een wat ander pantser hebben en (daardoor) bijvoorbeeld beter geïsoleerd zijn”, oppert de bioloog. “Dit is puur speculatie, maar zulke epistatische effecten zie je geregeld in de natuur.”

Aangepast patroon

Het fenomeen zou niet alleen gelden voor libellen, menen de onderzoekers. “We weten dat leeuwen met donkere manen vaker oververhit raken”, vertelt bioloog Michael Moore, onderdeel van het onderzoeksteam, in een persbericht. “Dat heeft zich vertaald naar de verspreiding van de grootte en de kleur van de manen over Afrika en Azië”, legt hij uit. “Als we dit fenomeen zien in libellen en leeuwen, is het mogelijk in het hele dierenrijk een algemeen concept.”

Het onderzoek kaart direct ook een nieuw probleem aan ten gevolge van klimaatverandering. De rappe temperatuurstijging zou er namelijk voor zorgen dat libellen, en andere dieren, die zich niet gauw genoeg aan kunnen passen, sneller oververhit raken. Soorten die zich wel ‘op tijd’ aanpassen, verliezen daarmee mogelijk hun (kenmerkende) kleurpatronen. En ook dat zou tot problemen kunnen leiden. Veel diersoorten, waaronder libellen, gebruiken kleur namelijk als een soort gids bij de partnerkeus; zonder kleur zou dat weleens een stuk lastiger kunnen worden.

Update 25 januari 2019: Dit artikel is verder uitgebreid met citaten van bioloog Casper van der Kooi (Rijksuniversiteit Groningen).

Bronnen: Ecology Letters, Case Western Reserve University

Beeld: Michael Moore/Case Western Reserve University

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Bestel dan hier ons nieuwste nummer. Abonnee worden? Dat kan hier!