Slangen breidden dieet uit na uitsterven dinosauriërs

Karlijn Klei

16 oktober 2021 09:00

slangen

Waar slangen voor de massa-extinctie 66 miljoen jaar geleden voornamelijk insecten aten, verschenen er daarna ook zoogdieren en vogels op het menu.

De één zijn dood is de ander zijn brood. Of, in het geval van dinosauriërs en slangen, zo suggereert nieuw onderzoek: het weggevaagd worden van de één, is de toegang tot een weelde aan verschillende maaltjes voor de ander.

Net als hoe zoogdieren en vogels na het uitsterven van de (niet-vogel) dinosauriërs gedijden, bloeiden toen ook slangen op. Volgens de nieuwe studie zouden er vanaf dat ‘dino-loze tijdperk’ niet alleen meer verschillende soorten slangen zijn ontstaan, ook hun dieet zou veel gevarieerder geworden zijn.

Lees ook:

Explosieve groei

66 miljoen jaar geleden luidde een meteorietinslag het einde in van het dinosaurustijdperk. Driekwart van alle soorten op onze planeet stierf uit. Degenen die het konden navertellen, kregen vrij spel door het letterlijke en ecologische gat dat de meteoriet achterliet. Door het verdwijnen van zoveel soorten hoefden de overlevenden immers minder te vechten voor waardevolle voorzieningen zoals ruimte en voedsel.

In de nasleep van deze massa-extinctie, de overgang van geologisch tijdperk het Krijt naar het zogenoemde Paleogeen, groeiden overlevenden zoals zoogdieren en vogels explosief – zowel in aantallen als in diversiteit. Vorige maand publiceerden onderzoekers in vakblad Nature Communications dat ook slangen zo’n explosieve groei doormaakten. Dat leidde tot de meer dan 3700 slangensoorten die we nu kennen.

Dieet

Volgens een nieuwe studie was de massa-extinctie ook het punt dat het dieet van slangen aanzienlijk begon te veranderen. Om de ontwikkeling van dat eetpatroon te ontrafelen, lieten de onderzoekers wiskundige modellen los op het dieet van 882 levende slangensoorten.

De meest recente, gemeenschappelijke voorouder van moderne slangen aten voornamelijk insecten en hagedisjes. Vanaf 66 miljoen jaar geleden begonnen werden daar ook steeds vaker andere dieren bij de komen, zoals vogels, vissen en kleine zoogdieren, die opbloeiden door de afwezigheid van de dinosauriërs.

De evolutionaire uitbreiding van het slangendieet ging volgens de onderzoekers aanvankelijk razendsnel. Het vertraagde naarmate de aarde zich in de nieuwe situatie settelde. De studie laat zien dat massa-uitsterving evolutionaire verandering kan aanzwengelen, zo schrijven de onderzoekers.

Bronnen: PLoS Biology, EurekAlert!1, 2, New Scientist, Nature Communications

Beeld: John David Curlis, CC-BY 4.0