Hoe zorgt onze afgedankte kleding voor problemen in Afrika en Azië?

Laurien Onderwater

27 februari 2023 15:00

Grote balen afgedankte kleding

De export van afgedankte kleding uit de Europese Unie naar landen in Afrika en Azië is tussen 2000 en 2019 verdrievoudigd. Dat stelt het EU-milieuagentschap European Economic Area (EEA) in een rapport. Maar wat gebeurt er daar met al dat textiel?

Sinds de opkomst van grote, goedkope kledingketens als SHEIN en Primark zijn er in de westerse wereld overal voordelige kleren te krijgen. Die kledingbedrijven hebben uiteraard belang bij fast fashion: hoe vaker wij onze garderobe inwisselen voor iets nieuws, hoe hoger hun omzet. Dus buitelen nieuwe collecties over elkaar heen en kopen we die massaal, om er net zo makkelijk weer afstand van te doen.

T-shirts, broeken, jurkjes en schoenen waar we op uitgekeken zijn, doen we massaal weg. In 2000 ging het om ongeveer 550.000 ton aan uitgevoerd textiel. In 2019 was de export gegroeid tot bijna 1,7 miljoen ton – dat is ruim drie keer zoveel. Van deze afgedankte kleding uit de EU belandde 46 procent in Afrika en 41 procent in Azië in 2019. Mooi toch? Dan hebben de mensen daar er nog wat aan. Dat valt echter lelijk tegen.

Lees ook:

Voor een habbekrats

Jaarlijks ontvangen organisaties tonnen aan kleding die wij niet meer willen. In hun winkels brengen ze die spullen opnieuw aan de man en de opbrengsten zetten ze in voor hun ontwikkelingsprojecten. In theorie een mooi systeem, maar de aanvoer van vers afgedankte kleding is veel groter dan de verkoop via de goededoelenwinkels. Gevolg: miljoenen kledingstukken worden rechtstreeks verscheept, voornamelijk naar Afrikaanse en Aziatische landen. Dat biedt hier en daar verlichting, maar verlamt tegelijkertijd de lokale productie.

Uit cijfers blijkt dat de laatste vijftien jaar van de twintigste eeuw de Afrikaanse kleding- en textielindustrie met maar liefst 5,3 procent per jaar kromp. En dat terwijl de lonen in Afrika lager liggen, er een overvloed aan katoen is én er een grote afzetmarkt voor het grijpen ligt. De textielindustrie zou dus gemakkelijk moeten kunnen concurreren met soortgelijke industrieën in de rest van de wereld. Maar tegen de toenemende tweedehandskledingmarkt kan niemand op.

Kleinere organisaties en stichtingen zouden de controle over kleding behouden door die zelf in het betreffende Afrikaanse land uit te delen. Maar onder meer onderzoek van de Universiteit van Toronto heeft laten zien dat een groot deel van onze afgedankte garderobe na aankomst in de handen van lokale handelaren belandt. Zij verkopen de kledij voor een habbekrats door aan de Afrikaanse consument.

kleding in cijfers

Verdwenen

Die lokale handelaren doen dus goede zaken, vooral dankzij internationale organisaties die meer dan de helft van hun gedoneerde kleding rechtstreeks naar Afrikaanse landen sturen. Hierdoor hoeven de kooplieden vrijwel geen kosten te maken en zijn hun prijzen veel lager dan die van de plaatselijke textielproducerende bedrijven.

Veel van de kleinere textielbedrijven en honderdduizenden naaiateliers maken deel uit van de informele sector, wat betekent dat deze bedrijfjes niet formeel staan geregistreerd en geen belasting afdragen. Voor hen is de concurrentiestrijd bij voorbaat een verloren zaak. De informele textielindustrie is in de meeste Afrikaanse landen dan ook met 88 procent gekrompen als gevolg van de gigantische instroom van tweedehandskleding.

Maar ook de formele textielsector, bestaand uit bedrijven die wél belasting afdragen, heeft in de meeste landen sinds begin jaren tachtig zeker 40 procent aan productiekracht ingeleverd. Gevolg: de werkgelegenheid in deze sector is met meer dan de helft afgenomen.

Dit kun jij doen

Kortom, enorme zakken afgedankte kleren in de kledingcontainers van onder andere het Leger des Heils storten, komt de textielindustrie daar niet ten goede. Wat kun je eraan doen? Vijf tips om mode- en milieubewust met kleding om te gaan:

  1. Koop duurzame kleding: spullen die langer meegaan en minder trendgevoelig zijn. Tijdloze basics of eigenzinnige stukken van betere kwaliteit zijn duurder, maar hoef je niet zo snel te vervangen – ook goed voor je portemonnee.
  2. Verkoop je kleding op Marktplaats of doneer je garderobe aan lokale tweedehandswinkels. Kleren die in de buurt een tweede leven krijgen, hoeven niet op transport naar Afrika.
  3. Doe eens gek: ga met kledingstukken die je niet meer aandoet naar een goed naaiatelier en laat ze omtoveren tot iets dat je wél nog leuk vindt. Of maak er verkleedkleding, kussens of tassen van.
  4. Zoek een textielcontainer die niet wordt geleegd bij een ‘goed doel’ (Afrika dus), maar bij een textielrecyclingbedrijf. In dat laatste geval worden de vezels uit het afgebroken textiel omgezet in nieuwe kleding of meubelvulling.
  5. Wol en zijde zijn respectievelijk de meest klimaat- en milieubelastende kledingvezels, dus koop liever niet te veel kleren van deze materialen.

Tekst: Daaf Borren, Laurien Onderwater

Bronnen: NU.nl, KIJK 10/2018, Anthropology Today, The Economic Journal

Beeld: Noor Khamis/Anadolu Agency/Getty Images

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!