In de roemruchte dagen van Charles Lindbergh en Chuck Yeager waren testpiloten de helden van het luchtruim. En alle hightech simulators ten spijt hebben we hun nazaten nog keihard nodig – zelfs in Nederland. KIJK ziet in Californië hoe testvliegers-in-spe worden klaargestoomd voor hun uitdagende beroep.
Het is weinig meer dan een gat in de grond. Kruisvormig, met beton afgewerkt. Alleen de bronzen herdenkingsplaat wijst erop dat dit een bijzondere plek is. Hier, op de enorme Edwards Airforce Base bij Los Angeles, begon op 14 oktober 1947 de gouden eeuw van het testvliegen. Op die dag werd het experimentele vliegtuig X-1, bijgenaamd Glamorous Glennis, voorzichtig in de kruisvormige loading pit gelegd. Een B-29 Superfortress werd erboven gemanoeuvreerd, waarna de X-1 half in het bommenruim kon worden getakeld. Terwijl de piloot van de bommenwerper het testvliegtuig zo naar bijna 14 kilometer hoogte bracht, kroop Charles ‘Chuck’ Yeager in de kleine cockpit van de X-1, ontkoppelde het toestel van de B-29 en vloog als eerste mens ter wereld in een gecontroleerde horizontale vlucht sneller dan het geluid.
Yeager was een testpiloot, net als Neil Armstrong die de beroemde Eagle Lander met minder dan 30 seconden brandstof aan boord in het maanstof zette. En Charles Lindbergh, die in 1927 als eerste solo over de Atlantische oceaan vloog. Het eerste supersonische passagiersvliegtuig Concorde werd in 1969 door een testpiloot gevlogen, net als de Spitfire in 1936. Kortom: aan vrijwel elke mijlpaal in de luchtvaartgeschiedenis kwam een testpiloot te pas.
Het vak van testpiloot was levensgevaarlijk, vooral bij het ontwikkelen van vliegtuigen die sneller gingen dan het geluid, vertelt historicus Christian Gelzer van NASA’s Dryden Flight Research Center. “Alle kennis die men sinds 1903 over vliegtuigen had opgedaan, ging met de komst van de straalmotor overboord. Een supersonisch toestel vliegt bijvoorbeeld compleet anders dan een propellervliegtuig. In één klap was alle kennis op het gebied van avionica, techniek en aerodynamica zo goed als nutteloos geworden. Het wiel moest opnieuw worden uitgevonden.”
Dit is het eerste gedeelte van een artikel uit KIJK 12/2011, in de winkel van 21 oktober tot en met 17 november.
Meer informatie:
Beeld: André Kesseler