“Na het opladen van mijn smartphone laat ik het oplaadblokje altijd gewoon in het stopcontact zitten”, mailt een lezer. “Nu vroeg ik mij af: verbruikt deze adapter eigenlijk stroom als er geen telefoon mee is verbonden?”
Een stroomadapter aangesloten op een stopcontact verbruikt altijd stroom, zelfs als er geen apparaat mee wordt opgeladen. Dat is de stroom die de adapter nodig heeft om te functioneren, ongeacht of hij aan het opladen is. De oplader is namelijk altijd bezig met het converteren van wisselspanning naar de gelijkspanning die geschikt is voor de apparaten die je erop wil aansluiten. Dat zogeheten ‘sluipverbruik’ is waarom stekkerblokken soms een rood knopje hebben om ze mee uit te schakelen; dan weet je zeker dat er geen stroom wordt verbruikt.
Lees ook:
- Wordt de stroomsterkte niet te hoog bij ultrasnelle laders?
- Waarom hebben printers bijna altijd kuren?
Oplader verbruikt kleine hoeveelheden
In de praktijk gaat het wel om heel kleine hoeveelheden. De Europese Unie verplicht fabrikanten om het sluipverbruik van hun apparaten te beperken tot onder de 0,21 watt. Een adapter verbruikt daarom minder dan 2 kilowattuur in een jaar, waardoor je jaarlijks maar een paar dubbeltjes kwijt bent op je energierekening.
Bij oudere opladers kan dit wel iets hoger liggen; die zijn soms gemaakt voordat de Europese Unie haar regels invoerde. Kijk op het apparaat of je bij de markeringen een V of VI ziet staan, dan weet je of hij voldoet aan de regelgeving.
Hoewel je het in de portemonnee misschien niet zult merken, is het volgens de brandweer toch verstandig om je oplader uit het stopcontact te halen. Beschadigde exemplaren (dat is lang niet altijd zichtbaar) kunnen, doordat ze constant stroom ontvangen, oververhit raken of kortsluiting veroorzaken, met brand tot gevolg.
Deze vraag kon je vinden in KIJK 4/2024.
Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK Antwoordt’? Mail hem naar info@kijkmagazine.nl. En in onze nieuwe special geven we antwoord op 172 bijzondere, verrassende en boeiende vragen! Bestel hem hier! Of eenvoudig via de knop hieronder.
Tekst: Bastiaan Vroegop
Beeld: Predrag Zdravkovic/Alamy Stock