Jagen op elementen

KIJK-redactie

10 december 2013 13:00

Het welbekende periodiek systeem bevat alle scheikundige elementen. Tot 1940 bleef het onveranderd, maar toen begonnen wetenschappers nieuwe elementen te ontdekken. En die prestigieuze speurtocht zal ook in 2014 onverminderd doorgaan.

In 1782 kreeg de Engelse koning George III een kleine hoeveelheid goud voor zijn neus. Niet zo heel vreemd, zul je denken, maar dit goud kwam rechtstreeks uit het laboratorium. Althans, dat beweerde James Price. Deze Britse scheikundige was er heilig van overtuigd dat hij goud en zilver kon maken door een mengsel van chemicaliën aan kwik toe te voegen.

Inmiddels staat als een paal boven water dat Price de boel bedonderde. Goud is namelijk niet via een chemische weg te produceren. Toch bestaat de alchemie – oftewel het omzetten van metalen in edelmetalen – in zekere zin nog steeds. Sterker nog: wetenschappers kunnen tegenwoordig wél goud in het laboratorium maken.

Het lukte de Amerikaanse wetenschapper en Nobelprijswinnaar Glenn Seaborg voor het eerst. In 1980 maakte hij uit bismut enkele duizenden atomen goud. Een hoeveelheid edelmetaal waarvan de gevoeligste weegschaal nog niet eens uitslaat. Rijk werd hij er dus niet van. Maar uiteindelijk zou Seaborg betrokken zijn bij de ‘ontdekking’ van tien nieuwe elementen, met als hoogtepunt misschien wel element 106, nu beter bekend als seaborgium.

Dit is het begin van een artikel, te vinden in KIJK 1/2014. Dit nummer ligt in de winkel van 13 december tot en met 8 januari.

Meer informatie:

Tekst:  Roel van der Heijden

Beeld: Joe Sullivan