Hoe worden luchtdruklijnen vastgesteld?

KIJK-redactie

14 maart 2014 13:00

luchtdruklijnen

“Op de weerkaarten die in het journaal worden gepresenteerd staan isobaren”, mailt KIJK-lezer Ben Somsen. “Deze lijnen verbinden punten van gelijke luchtdruk, maar hoe wordt dat eigenlijk gemeten?”

De luchtdruk is simpel te bepalen met een barometer. Die bevat een luchtledig doosje dat samengeperst wordt als de omringende luchtdruk stijgt, en uitzet als de luchtdruk daalt. Het volume van dit doosje is dus een maat voor de luchtdruk.

Het KNMI heeft in Nederland 35 stations waar de luchtdruk de hele dag door wordt gemeten. Op alle andere locaties kun je 
de luchtdruk inschatten door een gewogen 
gemiddelde van de dichtstbijzijnde meetwaarden te nemen. Een computer doet dit binnen enkele seconden voor duizenden punten in Nederland. Vervolgens kun je de isobaren langs de punten met gelijke luchtdruk trekken: zie daar de lijnen uit het weerbericht.

Om isobaren op de oceanen te schatten wordt ook wel met satellietbeelden gewerkt. Aan de hand daarvan wordt gemeten hoe hoog de golven zijn en in welke richting 
ze bewegen. Zo bepalen meteorologen de 
richting en snelheid van de wind, en rekenen 
die vervolgens weer om in de luchtdruk.

Beide methoden leveren overigens slechts een benadering op. De gevonden isobaren kunnen er op land zomaar een paar kilometer naast zitten en bij de satellietmethode op zee zelfs wel honderd. Wie het echt exact wil weten, zal heel Nederland met 
barometers moeten bedekken.

Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK antwoordt’? Mail hem naar info@kijkmagazine.nl!

Tekst: Marlies ter Voorde