The Internet of Things: kansen en gevaren

André Kesseler

20 maart 2014 09:30

Slimme thermostaat

Er zijn nu al veel meer dingen op het internet aangesloten dan mensen. En dat verschil zal de komende jaren alleen maar toenemen. Want het jampotje gaat met de koelkast communiceren en de thermostaat met jouw digitale agenda. Handig 
en leuk, maar betekent dit niet de doodsteek voor onze privacy?

Als ze bij Google aan één ding geen gebrek hebben, is het geld. En daar doen ze af en toe nuttige dingen mee, zoals zaken en bedrijven opkopen waarmee ze nóg meer geld kunnen verdienen. In 2004 kocht Google bijvoorbeeld het 
fotobeheerprogramma Picasa. Een jaar later volgde Android Inc., dat toen software voor camera’s maakte en daarna een van de meest gebruikte besturingssystemen voor mobiele telefoons en tablets ter wereld ontwikkelde. In 2006 
werd voor YouTube maar liefst 
1,6 miljard euro neergeteld. En zo lijfde Google de afgelopen twaalf jaar meer dan 144 bedrijven in.

Maar misschien wel de grootste verrassing kwam begin dit jaar, toen de zoekgigant voor 2,3 miljard euro Nest Labs overnam, een jong bedrijf dat zich heeft toegelegd op het maken van rookmelders, koolmonoxidedetectors en thermostaten, zoals de Nest. Dat klinkt als een rare move, maar dat is het niet. Hiermee zou weleens een ontwikkeling los kunnen barsten die al heel lang onder de oppervlakte broeit: the internet of things.

Dit is het begin van een artikel te vinden in KIJK 5/2014. Dit nummer ligt in de winkel van 4 tot en met 30 april.

Meer informatie:

Beeld: 2011 Aya Brackett