‘Wurgslang knelt bloedsomloop van prooi af’

KIJK-redactie

24 juli 2015 13:00

Anders dan zijn naam doet vermoeden, verstikt de boa constrictor zijn prooi niet, zo claimen Amerikaanse onderzoekers.

Eenmaal in de greep van een wurgslang maakt een prooidier maar weinig kans; de slang trekt de boel nog wat strakker aan en de ademhaling van de prooi stopt vanzelf. Een duidelijk geval van dood door verstikking, zou een rechercheur zeggen. Toch lijkt dat niet de doodsoorzaak te zijn. De Amerikaan Scott Boback van het Dickinson College in Pennsylvania beweert namelijk dat de prooi van de boa constrictor het loodje legt vanwege een platgelegde bloedcirculatie.

Live meekijken

Het vermoeden dat van verstikking geen sprake was, ontstond toen Boback regelmatig de in de houdgreep genomen prooidieren van de wurgslang zag hijgen; iets dat moeilijk wordt als je echt stikt. Ook vond hij de snelheid waarmee de slachtoffers stierven, verdacht snel voor stikkende dieren. Boback merkte dit in 1994 al op, maar door gebrek aan goede onderzoeksgegevens bleef het alleen maar bij gissen.

Om voor eens en voor altijd antwoord te krijgen op zijn vragen, nam hij daarom samen met collega’s en een groep studenten de proef op de som. Verdoofde ratten – het moest wel een beetje ethisch blijven – werden voorzien van bloeddrukapparatuur. Hiermee kon de bloeddruk en hartslag van ieder slachtoffer live worden gevolgd terwijl de slang zich eromheen wurmde.

Grotere prooien

“Ik herinner me de eerste keer dat we de gegevens zagen binnenstromen en iedereen versteld stond van hoe snel de bloedcirculatie van de rat stopte. We zagen de druk in de aders toenemen en afnemen in de slagaders”, verklaarde Boback. Hij stelt dat het door de afgeknelde bloedsomloop en daarmee het stilleggen van de zuurstofaanvoer naar de hersenen binnen een paar seconden gebeurd is met ieder van de boa’s prooien.

Met de kennis die de onderzoekers hebben opgedaan, zeggen ze ook meer inzicht te hebben in de evolutie van wurgslangen. Door te begrijpen hoe de wurging precies in zijn werk gaat, kunnen ze meer vertellen over hoe dit gedrag is ontstaan. “Slangen die niet wurgden, moesten het waarschijnlijk doen met kleinere prooidieren. Maar zij die deze techniek wel toepasten hadden opeens de mogelijkheid om prooien veel groter dan zichzelf te doden”, aldus Boback.

Bron: The Journal of Experimental Biology

Beeld: Baumpython/CC BY-SA 2.5