‘Ik was het hartgrondig met hem oneens’

kijkmagazine

19 februari 2016 16:00

Moeten wetenschappers alleen naar buiten brengen wat we al zeker denken te weten? Chef redactie Jean-Paul Keulen vindt van niet.

Ooit legde ik een sterrenkundige beeldreportage ter controle voor aan een astronoom. Meestal krijg je dan een paar inhoudelijke puntjes retour (of alleen maar een mailtje met ‘prima zo!’), maar deze man reageerde tot mijn verbazing uitgesproken korzelig. Ik had wat hem betreft in mijn tekst véél te veel de nadruk gelegd op wat allemaal nog onbekend was over het heelal. Waarom ‘enthousiasmeerde’ ik de lezer niet wat meer voor zijn vakgebied door te vertellen over al die dingen die we wél zeker wisten?

Ik kon het alleen maar hartgrondig met hem oneens zijn. Allereerst: ben je de wetenschap echt zo effectief aan het promoten als je doet alsof er geen openstaande vragen meer zijn? Dan hoef je als lezer in elk geval niet meer te dromen over een academische carrière of de mensen te bewonderen die daarvoor hebben gekozen. Want waarom zou je natuurkundige, sterrenkundige of bioloog willen worden als alles schijnbaar al is uitgevogeld?

Ten tweede: wanneer een wetenschapper wil dat het publiek alleen maar dingen te horen krijgt die we zeker weten, geeft hij een nogal vertekend beeld van zijn eigen werk. Je bent als onderzoeker een ontdekkingsreiziger die het spannende schemergebied tussen weten en niet- weten verkent. Maar het publiek (lees: de belastingbetalers die je onderzoek financieren) houd je daar het liefst bij vandaan. Dat mag het doen met de successen uit het verleden.

Ten derde: KIJK is een tijdschrift. Wat mij betreft hóór je dan te rapporteren over dat spannende schemergebied in plaats van Wikipedia-achtig feitjes op te lepelen. Een mooi voorbeeld daarvan: ons coververhaal over de aardkern. Die bol zit niet eens zo gek ver onder onze voeten verstopt en toch weten we nog steeds niet hoe hij in elkaar steekt. En dat vindt de geciteerde petroloog Wim van Westrenen niet frustrerend, maar juist prachtig: “Het is een raadsel dat erom vraagt te worden opgelost, en we komen steeds een stapje dichterbij.” En is dat sentiment niet veel waarheidsgetrouwer én enthousiasmerender dan de aanpak die ‘mijn’ astronoom voor ogen had?

Deze column vind je ook terug in KIJK 3/2016