Boek: Iedereen is muzikaal (Henkjan Honing)

KIJK-redactie

20 december 2009 17:51

Iedereen is muzikaal. Een ongeloofwaardige stelling? Toch is het opvallend dat bijna iedereen wel iets met muziek heeft. We luisteren er graag naar en worden erdoor geraakt. Hoe kan het dat muziek zo’n effect op ons heeft en het geluid van een achteruit rijdende vrachtauto niet? Wat ís muziek?

Eind vorige eeuw werd vaak de vergelijking getrokken met taal. Dat voldoet niet, stelt Henkjan Honing, universitair hoofddocent muziekcognitie aan de Universiteit van Amsterdam. Muziek kent geen betekenis zoals taal: twee verschillende zinnen kunnen precies hetzelfde betekenen, maar dat kun je van twee verschillende melodieën niet beweren. Ook zoiets als ongrammaticaliteit bestaat niet in de muziek.

Iedereen is muzikaalIs muziek dan geluid? Nee, ook dat volstaat niet. Geluid wordt gedefinieerd in absolute termen van frequenties en toonhoogtes, terwijl wij juist gevoelig zijn voor de relatieve aspecten van muziek: hetzelfde melodietje in een andere toonsoort is voor ons nog steeds hetzelfde melodietje.

Het geheim, onthult de auteur, zit hem niet in de muziek zelf, maar in de luisteraar. We worden geboren met een buitengewoon gevoel voor maat en toonhoogte. Honing beschrijft een experiment waarbij bij pasgeboren kinderen door middel van het meten van hersengolven werd aangetoond dat zij een bepaald accent verwachtten op een logische plek in een ritme. Een ander onderzoek wees uit dat zes maanden oude baby’s uit Noord-Amerika tussen een aantal Javaanse muziekvarianten verschillen kunnen horen die aan westerse volwassenen voorbijgaan.

Deze aangeboren vaardigheden worden verder gestimuleerd door het simpelweg luisteren naar muziek: thuis, in de trein of bij concerten. Hierdoor ontwikkelen we een gevoel voor de harmonieën en ritmes uit onze cultuur. Dit gebruiken we vervolgens weer als we naar muziek luisteren: we creëren bepaalde verwachtingen over akkoorden of accenten. Een afwijking van het patroon, bijvoorbeeld geen accent op een tel waar je dat wel verwacht, of een bekend ritme gespeeld met een iets afwijkende timing, kan een stuk bijvoorbeeld spannend of hartverscheurend maken. Kortom, muziek maken we met ons brein.

We zijn dus muzikaal veel begaafder dan we denken. Betekent dit nu dat je die droom om virtuoos pianist te worden alsnog kunt gaan waarmaken? Helaas, dat gaat zelfs Honing te ver. Voor een musicus geldt dat “vooral (veel) oefening, doorzettingsvermogen en een niet te beteugelen drang om muziek te maken” nodig zijn voor een succesvolle carrière. Terug naar de stereotoren dan maar. -Arlette Sjerp

paperback | 192 pagina’s | Nieuw Amsterdam | € 17,95 | ISBN 978 90 468 0598 5