Stereotypering brengt brein op een dwaalspoor

Laurien Onderwater

04 mei 2016 16:00

Stereotypes

Iemand een stempel op zijn voorhoofd drukken, is vaak al gebeurd voordat we er erg in hebben.

Het liefst zouden we het allemaal ontkennen, maar iedereen doet aan stereotypering. Iemand die in het Gooi woont, is per definitie een kakker en mensen uit de Schilderswijk zijn aso’s. Alsof dat al niet beschamend genoeg is, doen psychologen er nog een schepje bovenop. Zij hebben ontdekt dat stereotypes onze hersenen zo misleiden dat we gezichten anders gaan zien, zodat ze aan onze vooroordelen voldoen.

Stereotypes

Om de cognitieve processen te onderzoeken die betrokken zijn bij stereotypering moesten proefpersonen in een fMRI liggen. Ze kregen gezichten te zien van personen met verschillende etnische achtergronden en geslachten. Deze gezichten toonden verschillende emoties. Daarbij werd er gekeken naar welke hersengebieden oplichtten bij welk gezicht.

Vervolgens moesten dezelfde proefpersonen achter een computer gaan zitten en gezichten categoriseren naar hun geslacht, huidskleur en emoties. In de muis zat een tracking sensor verborgen, zodat de onderzoekers de muisbewegingen konden volgen.

Ook al categoriseerden de deelnemers de gezichten uiteindelijk goed – dus blij gezicht werd als ‘vrolijk’ bestempeld – hun muis neigde eerst naar een heel andere categorie. Zo werd een foto van een donkere man vaak bijna ingedeeld in de categorie ‘boos’, terwijl hij vrolijk keek. Verder werden Aziatische vrouwen bestempeld als volgzaam.

Per ongeluk

Hoewel de proefpersonen deze vooroordelen uiteindelijk niet zelf steunden, is het duidelijk dat stereotypes onbewust invloed hebben op de manier waarop onze hersenen gezichten verwerken. En dat is wel een beetje verontrustend te noemen.

Bronnen: Nature Neuroscience (pdf), The Independent, International Business Times

Beeld: Sammie via Pixabay