Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
De Nobelprijzen die sinds 1901 elk jaar worden uitgereikt zijn een eerbetoon aan wetenschappers, maar er zijn genoeg mensen die hem niet gekregen hebben, of zelfs helemaal nooit genomineerd zijn, terwijl ze zo’n prijs wel degelijk verdienden. Daar zitten ook veel vrouwelijke wetenschappers tussen, onder wie de Oostenrijkse natuurkundige Lise Meitner. Precies 84 jaar geleden publiceerde zij als eerste over kernsplitsing.
Meitner groeit op in de Joodse wijk Leopoldstadt en wil graag studeren. In die tijd is het echter gebruikelijk dat je als meisje naar de Mädchen-Bürgerschule ging, en niet naar het gymnasium. Sterker nog, het toenmalige Oostenrijk-Hongarije verbiedt meisjes om een wetenschappelijke opleiding te volgen. Gelukkig wordt die wet in 1897 opgeheven en in 1901 doet Meitner eindexamen aan het Weense Akademisches Gymnasium. Slechts vijf jaar later promoveert ze summa cum laude in de natuurkunde. Ze is slechts de tweede vrouw in Wenen die dit gelukt is.
Lees ook:
- Acht vrouwelijke uitvinders
- Een ode aan de vrouwelijke wetenschappers
- Vrouwelijke wetenschappers krijgen minder erkenning
Niet naar het toilet op werk
Als ze 29 jaar oud is, reist Meitner naar Berlijn om daar aan de slag te gaan aan het Kaiser Wilhelm-instituut voor Chemie. Daar verricht ze onderzoek naar zware elementen, samen met de scheikundige Otto Hahn. Meitner mag alleen in Hahns lab in de kelder van het gebouw komen. De bovengrondse verdiepingen zijn verboden voor vrouwen, dus als de natuurkundige ‘nodig moet’, is ze gedwongen om het toilet in een restaurant verderop te gebruiken. Bovendien staat ze niet op de loonlijst en leeft van een toelage van haar ouders. Pas eind 1908 verandert dit.
Bijna tien jaar na haar aankomst in Berlijn werkt Meitner nog steeds aan hetzelfde instituut, alleen nu als hoogleraar natuurkunde – de eerste vrouwelijke van Duitsland. In datzelfde jaar ontdekt ze samen met Hahn het radioactieve element protactinium. In 1923 doet ze per toeval een andere belangrijke vondst: het augereffect, een natuurkundig verschijnsel waarvoor ze niet wordt erkend. De Fransman Pierre Victor Auger, die het fenomeen iets later ook ontdekt en er een artikel over schrijft, krijgt die erkenning wel.
Blunder van het Nobelcomité
Stopt het hier dan met ongelijke behandelingen? Nee. De geschiedenis herhaalt zich in 1944 wanneer Otto Hahn de Nobelprijs voor de Scheikunde in ontvangst mag nemen voor ‘zijn’ ontdekking van kernsplitsing van zware atoomkernen. Hahn heeft weliswaar het experiment uitgevoerd, waarbij uranium met neutronen werd beschoten, maar Meitner is de eerste die begrijpt dat de uraniumatomen zijn gespleten en dat bij die reactie veel energie vrijkomt.
Het geval wil alleen dat de Joodse Meitner nazi-Duitsland heeft moeten ontvluchten in 1938, en ten tijde van Hahns experimenten zit ze in Zweden. De twee blijven met elkaar corresponderen, maar Hahn durft dat niet toe te geven tegenover de autoriteiten, bang dat hij zelf in de problemen zou komen. Hij publiceert in het gerenommeerde tijdschrift Nature over kernsplitsing zonder Meitner te vermelden.
Twee jaar voor haar dood wordt Meitners wetenschappelijke werk alsnog erkend met een Enrico Fermi-prijs, maar de blunder van het Nobelcomité zal nooit worden vergeten.
Zoek je in Google naar ‘beroemde wetenschappers’, dan staat er tussen de eerste tien hits welgeteld één vrouw: Marie Curie. En dat terwijl er zoveel meer grande dames waren die briljante ontdekkingen hebben gedaan. In KIJK 3-2023 staan daarom, in aanloop naar Internationale Vrouwendag op 8 maart, nog vijf vrouwelijke wetenschappers in de schijnwerpers. KIJK 3-2023 ligt van 14 februari tot en met 13 maart in de winkel.
Openingsbeeld: Bettmann/Getty Images