Redding in de ruimte

KIJK-redactie

05 januari 2012 13:00

Redding in de ruimte

Het zal je gebeuren: lanceer je een peperdure röntgensatelliet, gaat-ie kapot door de straling in de ruimte. Een kleine Nederlandse stralingsmeter moet dit horrorscenario voortaan voorkomen – en is en passant ook hartstikke handig voor het opsporen van straling bij kerncentrales, op luchthavens en in de mijnbouw.

Straling is overal om ons heen – en doorgaans is dat geen enkel probleem. Maar soms is straling ronduit gevaarlijk. In de ruimtevaart bijvoorbeeld. Zodra je van het aardoppervlak los komt, neemt de hoeveelheid toe en buiten de dampkring zijn de doses nog veel hoger. Dat zorgt bijvoorbeeld voor problemen in het International Space Station. Straling veroorzaakt daar onder meer kleine flitsjes op de foto’s die vanuit het ruimtestation worden gemaakt.

En in 1999 zorgde straling voor problemen met de Amerikaanse röntgensatelliet Chandra. Al in de eerste weken na de lancering zagen deskundigen dat de detectoren van de satelliet snel slechter gingen functioneren. Het signaal nam af en ze produceerden steeds meer ruis. Er ontstond enorme paniek, want men had geen idee wat de oorzaak was. Uiteindelijk wisten onderzoekers te achterhalen dat zich in een aantal banen rond de aarde zogenoemde stralingsgordels bevinden (dezelfde gordels die ook het poollicht veroorzaken). Hierin is de straling zo hoog dat ze apparatuur kan beschadigen.

De Europese ruimtevaartorganisatie ESA ging koortsachtig op zoek naar een oplossing voor het stralingsprobleem. Ze wilden een handzame stralingsmeter voor satellieten en ruimteschepen, die bij een te hoog stralingsniveau automatisch alle apparatuur zou uitschakelen, om die weer in te schakelen als het niveau voldoende was gezakt. Zo’n meter moest als basisinstrument mee met elke ESA-satelliet.

Goed idee, er was alleen één probleem: een dergelijk apparaat was er niet. Tot voor kort bestond de wereld van de stralingsmeters alleen uit de bekende, simpele geigerteller en enorm complexe meters die waren opgebouwd uit verschillende, grote apparaten.

Dit is het begin van een artikel uit KIJK 2/2012, in de winkel van 13 januari 2012 tot en met 9 februari 2012. De tekst werd geschreven door Boris van Zonneveld.

Meer informatie:

Beeld: NASA