‘Levensverwachtingen van 200 jaar zijn realistisch’

KIJK-redactie

01 februari 2013 13:00

Terry Grossman

Het leven is kort, luidt een bekend cliché. Maar als we de Amerikaanse arts Terry Grossman moeten geloven, ligt een aanzienlijke levensverlenging binnen handbereik. In een gesprek met KIJK zet hij zijn controversiële ideeën uiteen.

KIJK: In uw meest recente boek Onsterfelijk stelt u dat veroudering bij de mens zit ingebakken; we zijn geprogrammeerd om te sterven. Hoe zit dat?

Terry Grossman: “Onze genen bepalen dat je vanaf je dertigste veroudert. Ze schrijven voor dat je de eerste vijftien jaar van je leven een perfecte gezondheid hebt. Op je vijftiende word je seksueel volwassen en kun je jezelf voortplanten. Tijdens de eerste vijftien levensjaren heb je geleerd om te overleven en vanaf je vijftiende leer je dat aan je kinderen. Je beschermt ze en geeft ze eten. Op je dertigste zijn je kinderen vijftien en krijgen ze zelf nakomelingen. Vanaf dat moment ben jij eigenlijk niet meer nodig. Je bent een extra mond om te voeden. Dan start dus het verouderingsproces. Je gaat minder hormonen produceren, je spieren en hersenen worden kleiner, je gehoor neemt af, je botten worden zachter, enzovoort. Kortom, we zijn geprogrammeerd om dertig jaar te leven. Maar dat programma is uit de tijd; het dateert van 50.000 jaar geleden, toen de mens nog in grotten leefde. Het vernieuwen van het DNA gaat heel langzaam, met ongeveer één gen per zesduizend jaar. Het kost 150 miljoen jaar om onze complete genetische code te updaten. Op de leeftijd van het heelal is dat weinig, maar voor de mens is het een zeer lange tijd. Dus moeten we een manier vinden om het sneller te doen – door de verouderingsgenen aan te passen.”

Wat hebben we daarvoor nodig?

“Het belangrijkste is technologie. In essentie is de geneeskunde een informatietechnologie. Een klassiek voorbeeld is het menselijk genoom. Het kostte destijds 3 miljoen dollar om dat in kaart te brengen. Vandaag de dag kost het 5000 dollar. En over een jaar of drie kost het nog maar 100 dollar. Voor dat geld kun je elk gen in je lichaam lezen. Een enorme hoeveelheid informatie komt beschikbaar. Ik denk dat we over een jaar of twintig de genen kunnen identificeren die het verouderingsproces starten. Als we ze kunnen veranderen of uitzetten, zijn we echt machtig. Volgens mij kunnen we de genetische code in 2050 of 2060 zo aanpassen dat veel mensen ouder zullen worden dan in het verleden. De maximale leeftijd van een mens is nu 122 jaar. Ik denk dat levensverwachtingen van twee- of driehonderd jaar of meer in deze eeuw realistisch zijn.”

Bent u niet wat optimistisch?

“Jazeker, maar zeg ik dat alles perfect wordt? Nee! Elke stap in het proces levert nieuwe problemen op. Is het leven nu beter dan honderd jaar geleden? Dat denk ik wel. Kijk naar hoe wij leven vergeleken met hoe de Egyptenaren leefden. De farao was de rijkste mens in de hele wereld en toch leven wij veel beter dan de farao deed. Zelfs een arme Afrikaan leeft beter dan de farao destijds. Dus technologie helpt ons om beter en langer te leven. Je levensverwachting neemt nu toe met vijf uur per dag: elke dag dat je leeft kun je verwachten dat je vijf uur langer leeft dan gisteren. Maar we moeten 24 uur toevoegen aan elke 24 uur. Dan hebben we onsterfelijkheid. Tot die tijd moeten we de neveneffecten van het verouderingsproces zoveel mogelijk beperken. ‘Live long enough to live forever’ is mijn boodschap.”

Dit is een fragment van een interview, te vinden in KIJK 3/2013. Dit nummer ligt in de winkel van 8 februari tot en met 7 maart.

Tekst: Barry van der Meer