Suiker roept associaties op met vastplakkend snoepgoed, frisdrank vol wespen, kindergebitjes met gaatjes en obesitas. Maar daarmee doe je het goedje tekort. Suiker heeft namelijk heel veel nuttige toepassingen.
Als iemand het over suiker heeft, denk je waarschijnlijk meteen aan de witte korrels die je door je koffie of yoghurt gooit, of het mierzoete poeder dat je graag over je pannenkoek strooit. En dat is ook logisch, want wij komen dagelijks in aanraking met deze vorm van suiker: sucrose. Een overschot daaraan veroorzaakt ellende zoals darmklachten, vermoeidheid, een overbelaste alvleesklier en ga zo maar door. Maar de suikerfamilie kent veel meer verschijningsvormen dan alleen sucrose. En die andere suikers spelen een belangrijke rol in ons lichaam – en zijn zelfs bruikbaar daarbuiten.
Lees ook:
- Vleermuizen blijven gezond ondanks dat ze enorm veel suiker eten
- Is een milkshake hetzelfde als cocaïne voor je hersenen?
Suikerlego
Suiker is de verzamelnaam voor alle moleculen die bestaan uit zogenoemde monosachariden. Dat zijn ringvormige moleculen die zijn opgebouwd uit koolstof-, waterstof- en zuurstofatomen. De grootte van de ringen en de vertakkingen op de ring kunnen variëren. Zo vormen ze verschillende bouwstenen voor verschillende monosachariden, bijvoorbeeld glucose en fructose. Naarmate er meer bouwstenen aan elkaar klikken, ontstaan er langere suikers, bijvoorbeeld polysachariden, zetmeel en vezels. Zo bestaat kristalsuiker uit een aantal glucose- en fructose-monosachariden, terwijl zetmeel is opgebouwd uit honderden onderling verbonden glucose-eenheden.
Al deze suikervariëteiten komen op veel plekken voor – ook in ons lichaam, vertelt Marthe Walvoort, universitair hoofddocent chemische glycobiologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. “Elke cel in ons lichaam is omgeven door een suikerlaagje. Deze suikers regelen allerlei processen, zoals de communicatie tussen verschillende cellen en interacties met ons immuunsysteem.”
Ze definiëren onder andere onze bloedgroep en bepalen hoe ons lichaam op vreemde bloedgroepen reageert. “Iedereen heeft antilichamen, cellen die indringers in ons lichaam aanvallen. Deze antilichamen zijn getraind om te reageren op bepaalde suikers op rode bloedcellen. Heb jij bijvoorbeeld bloedgroep A, dan zijn je antilichamen aan deze suikers gewend. Maar krijg je bloed met bloedgroep B binnen, dan vallen je antilichamen die rode bloedcellen met ‘vreemde’ suikers aan.”
Dit is het begin van het artikel over de verborgen krachten van suiker. Je leest het in het volledige artikel in KIJK 4-2025. Bestel deze editie in onze webshop, of eenvoudig via de knop hieronder.
Tekst: Renée Moezelaar
Beeld: Vlad Antonov/Getty Images