Schrijver en KIJK-columnist Ronald Giphart over hoe we mensen razendsnel in hokjes indelen, naar aanleiding van een ontmoeting met twee on-Zweedse schonen.
In het buitenland herkennen we Nederlanders onmiddellijk, ook als we ze niet horen praten. Mensen hebben het vermogen razendsnel soortgenoten te kunnen peilen en indelen. Met behulp van honderden fysieke en culturele parameters stellen wij onbewust vast tot welke sociale klasse iemand behoort, wat zijn of haar intenties zijn en welke nationaliteit hij of zij heeft.
Die kleine registraties (huidskleur, lengte, kledingkeuze, kapsel, schoenen, gedrag) analyseren we in noodtempo. Als een passant op – stel – 86 van 127 punten voldoet aan de omschrijving ‘waarschijnlijk Nederlander’ zal het dus ook wel een Nederlander zijn. Volgens evolutionair psychologen ontwikkelden we dit vermogen in de tijd dat we nog over de savanne zwierven en snel moesten bepalen of vreemdelingen een potentieel gevaar vormden.
Laatst was ik met een fotograaf in Stockholm voor een gids over het Stockholmse uitgaansleven. Lopend tussen twee hotspots werden wij op een plein aangesproken door twee vrolijke blondines. Onmiddellijk stelde ik vast: ze waren waarschijnlijk niet Zweeds. Achteraf gezien kan ik dat makkelijk uitleggen, maar in die halve seconde moet ik gekeken hebben naar het wit van hun haar, de trekken van hun gelaat, de kleur van hun lippenstift en de (weinige) kleren die ze (ondanks de kou) droegen.
De vrouwen vroegen de fotograaf en mij in het Engels wat we van Stockholm vonden. Blijkbaar hadden zij ook direct geregistreerd dat we niet uit Zweden kwamen, terwijl we er met ons thermische ondergoed, drie shawls, berenmuts, moonboots en dikke parka’s toch werkelijk heel Scandinavisch uit hoopten te zien. Een van de vrouwen riep uitbundig dat wij vast in waren voor a bit of fun. Ze bewoog daarbij uitdagend met haar borsten, als was er een correlatie tussen mijn plezier en haar bovenlichaam.
Mijn parameteranalysecentrum stelde direct vast dat dit gedrag iets te frivool was voor een normale ontmoeting en mogelijk gevaarlijk. Kleding, gedrag, accent: alles wees erop dat deze vrouwen weleens prostituees zouden kunnen zijn.
Een van de meisjes – waarschijnlijk kwamen ze uit een Oostblokland – gaf mij een visitekaartje met een adres in Stockholm en een paar nogal blote foto’s van zichzelf, liggend in een badkuip, liggend op een bed en zittend voor een stoel met haar hoofd in de schoot van een man.
Iedereen die de actualiteit volgt weet dat Zweden en Nederland een omgekeerd prostitutiebeleid hebben. In Nederland is prostitutie legaal, maar wie illegaal geld aanneemt voor seks is strafbaar. In Zweden is prostitutie verboden, maar alleen voor klanten. Daar ben je strafbaar als je betaalt voor seks, maar niet als je geld aanneemt.
“We see’ll you tonight!”, riep een van de vrouwen, waarna ze doorliepen naar de volgende passanten. Mannen die er in hun ogen, besef ik nu, ook uitzagen als potentiële hoerenlopers.
Deze tekst verscheen eerder in KIJK 7/2013. Ronald Giphart staat met zijn column in elk nummer van KIJK.
Beeld: Celine Gijssen/Studio 5982