Grote wereldrijken waren vaak tolerant en multicultureel

Jean-Paul Keulen

21 maart 2025 12:00

Mongolen wereldrijk

Georganiseerd geweld helpt vaak, zo ook bij de Mongolen, maar dat alleen is niet genoeg om het tot hypermacht te schoppen. Beeld: Staatsbibliothek Berlin/Schach/Wikimedia Commons.

De ambitie is er regelmatig – hallo Donald Trump – maar het lukt zelden: zó succesvol worden dat je rijk een absolute hypermacht kan worden genoemd. Een van de sleutelfactoren hierbij? Tolerantie.

Van het Perzische Rijk en het Oude Rome tot de Mongolen onder Dzjenghis Khan en de British Empire. Sommige historische rijken torenden simpelweg boven al hun concurrenten uit. Tal van historici hebben zich al gebogen over de vraag waarom. Wat maakte deze hypermachten, zoals Amy Chua van Yale Law School (VS) dit neusje van de zalm noemt in haar boek Wereldrijk voor een dag, nu anders dan andere rijken? Een van de belangrijkste factoren volgens Chua is tolerantie.

Lees ook:

Tolerantie als strategie

Let wel: de leiders van hypermachten waren meestal niet tolerant omdat ze dat moreel juist vonden, maar omdat hen dat verstandig leek. Strategische tolerantie noemt Chua dit. Daarnaast waren ze relatief tolerant, in vergelijking met andere volkeren van hun tijd.

Want naar hedendaagse maatstaven maakten ze zich schuldig aan acties die wij niet tolerant zouden noemen, maar voor hún tijd waren bijvoorbeeld de Perzen behoorlijk ‘multiculti’. In veroverde gebieden verving Cyrus de Grote, de man die het rijk op poten zette in de zesde eeuw voor Christus, de plaatselijke leiders doorgaans door Perzen – maar vervolgens liet hij het betreffende volk wel in zijn waarde. Zaken als religie, taal, cultuur en wetgeving bleven zoals ze waren. Waar hem dat van pas kwam, ging Cyrus nog een stapje verder. Zo won hij de Babyloniërs voor zich door zichzelf in het stof te werpen voor hun god Marduk.

Kleinere kans op verzet

Wat leverde die strategische tolerantie de Perzische leiders op? Volgens Chua was één voor de hand liggend voordeel dat “het respecteren van lokale tradities en praktijken de kans op verzet en opstand bij de overwonnen volkeren verkleinde”. Daarnaast profiteerden de heersers van de veelzijdigheid van hun onderdanen bij het samenstellen en uitbreiden van hun krijgsmacht. “Met elke nieuwe verovering slokte het Perzische leger nieuwe eenheden op, waaronder complete cavalerieën, falanxen en zeevloten”, noteerde de Yale-hoogleraar in haar boek.

Diezelfde ‘truc’ pasten de Romeinen toe. Ze deden nauwelijks pogingen om plaatselijke gebruiken en talen een halt toe te roepen. Ook bestonden Romeinse legereenheden uit een effectieve ratjetoe van troepen uit verschillende streken, en konden burgers uit nieuwe gebiedsdelen het ver schoppen – zelfs tot keizer. Ook de Mongolen – in het Westen vooral bekend vanwege hun vermeende nietsontziendheid – stonden open voor verschillende culturen. In Chua’s woorden: “Terwijl Europa ketters op de brandstapel gooide, verordonneerde Dzjengis Khan godsdienstvrijheid voor iedereen.”

Hoe tolerantie ook de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden hielp? En wat hypermachten nog meer onderscheidt van ‘gewone’ rijken? Dat lees je in KIJK Geschiedenis 3 van 2025. Bestel deze editie in onze webshop, of via de knop hieronder.

Reageren? Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Meest gelezen

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Bestel nu!