De gevreesde witte haai is een bron van fascinatie, maar we weten nog een heleboel níét over ’s werelds grootste roofvis. Waar en hoe de soort jongen baart, bijvoorbeeld. Om daarachter te komen, moeten wetenschappers vernuftige listen bedenken.
Het is zomer 1975 en in de Verenigde Staten staan mensen in lange rijen op straat te wachten totdat ze eindelijk de bioscoop in worden gelaten. Voor welke film ze het verkeer blokkeren? Steven Spielbergs Jaws. Het zou de eerste blockbuster en ook de eerste bioscoopfilm worden die alleen al met de kaartverkoop meer dan 100 miljoen dollar opbracht.
In de horrorfilm, gebaseerd op het gelijknamige boek van Peter Benchley, terroriseert een witte haai een badplaats en doodt hij meerdere strandgangers. Sindsdien is de witte haai zowel de meest iconische als meest gevreesde vis in de zee. Toen Pixar en Disney in 2003 een onder waterschurk zochten voor hun animatiefilm Finding Nemo, was de keuze dan ook snel gemaakt – terwijl de minstens zo gevaarlijke tijgerhaai een logischere optie was geweest in Nemo’s koraalrif.
Lees ook:
- Voor het eerst een pasgeboren witte haai in het wild gezien
- Iets meer (dodelijke) haaienbeten, maar ‘geen zorgwekkende toename’
Nog veel vragen
Door zijn bedenkelijke populariteit weten we, vergeleken met de meeste andere haaiensoorten, inmiddels best veel over de witte haai. Maar vergelijk je de kennis met die over grote landroofdieren, dan weten we weer bijzonder weinig. Haaienonderzoekers weten bijvoorbeeld niet hoeveel witte haaien er zijn, waar ze het grootste deel van hun leven doorbrengen of wanneer ze geslachtsrijp zijn. Bovendien heeft nog niemand ze ooit jongen zien baren. Wat maakt het onderzoek naar deze dieren zo lastig?
Dat lees je in KIJK 9/2024. Bestel deze editie in onze webshop, of eenvoudig via de knop hieronder!
Beeld: by wildestanimal/Getty Images