Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Wetenschappers suggereren dat inwoners van het oude Egypte met een lage status na hun dood ook een plekje konden bemachtigen in de piramides.
Wie in het oude Egypte een begraafplaats wist te bemachtigen in een piramide, was een belangrijk persoon met een hoge sociale status. Tenminste, dat is de gangbare theorie. Maar onderzoekers aan de Universiteit Leiden merkten op dat sommige mensen die begraven liggen in de piramides een zeer actief leven hebben gehad, iets wat niet overeenkomt met het inactieve luxeleventje van de elite. Ze stellen daarom dat ook personen met een lage status in de oude tombes werden begraven. Dit beschrijven ze in het vakblad Journal of Anthropological Archaeology.
Lees ook:
De tombes van Tombos
De onderzoekers analyseerden menselijke overblijfselen die eerder al gevonden waren op de archeologische vindplaats Tombos, in het huidige Noord-Soedan. Er zijn daar vijf leemstenen piramides gevonden. Ongeveer 3500 jaar geleden was de Egyptische beschaving op haar hoogtepunt, en had die de controle over dat gebied. Rond die tijd gaven de koninklijke Egyptenaren geen voorkeur meer aan de piramides, maar aan valleien zoals de Vallei der Koningen. De adel daarentegen wilde toen nog wel graag begraven worden in zo’n tombe.
Archeoloog Sarah Schrader doet al meer dan tien jaar onderzoek naar die graven bij de oude stad Tombos, vooral om te weten te komen hoe actief de inwoners waren gedurende hun leven. Daarvoor analyseert ze subtiele markeringen op botten waar vroeger de spieren, pezen en gewrichtsbanden aan vastzaten. Het skelet schikt zich gedurende de levensloop aan de fysieke activiteit, en spier- en gewrichtsaanhechtingen veranderen daardoor. Tijdens het onderzoek van 110 skeletten deed Schrader met haar team een onverwachte ontdekking: sommige overblijfselen hoorden bij mensen die amper actief waren en andere bij mensen die juist extreem actief waren.
Verklaring?
Eerst wisten de onderzoekers niet wat die data betekenden, maar collega Stuart Tyson Smith aan de Universiteit van Colombia suggereerde dat de mensen die fysiek niet actief waren geweest, waarschijnlijk een luxeleventje als adel hadden geleden. De mensen die fysiek actief waren, zouden juist hardwerkende arbeiders van lage status zijn geweest. Dat zou betekenen dat zowel mensen met een hoge als lage status in de piramides werden begraven. Dit staat haaks op de gedachte dat de monumentale tombes exclusief waren gereserveerd voor de adel.
Aidan Dodson, archeoloog aan de Universiteit van Bristol en niet betrokken bij het onderzoek, zegt tegen New Scientist dat er ook andere verklaringen mogelijk zijn. Zo zou het bijvoorbeeld kunnen dat sommige mensen van adel in goede fysieke vorm waren om hun status te versterken. Maar Schrader zegt tegen New Scientist dat ze daar niet van overtuigd is. Haar team zegt dat genoeg archeologische data van andere plekken aanduiden dat de Egyptische elite een strikt ander activiteitspatroon had dan mensen met een lagere status.
Bediendes in het hiernamaals
Waarom zouden inwoners met een lage status ook in de respectabele piramides zijn begraven? De wetenschappers speculeren dat die mensen waarschijnlijk bediendes waren van de elite, en dat zij met hun meesters begraven werden om hen in het hiernamaals te blijven dienen. Dat is wel een verrassende verklaring, aangezien de oude Egyptenaren geloofden dat zogenoemde Oesjabti hun dienaren in het Dodenrijk zouden zijn. Deze beeldjes werden samen met hen in de tombes geplaatst. Mogelijk werden de bedienden alsnog bij hun meesters bergraven voor extra steun of noodgevallen.
Bronnen: Journal of Anthropological Archaeology, New Scientist
Beeld: Jillian-amatt/Unsplash