Schrijver en KIJK-columnist Ronald Giphart over de bijeffecten van roken. Waaronder erectiestoornissen.
Op een terras in Utrecht hoorde ik een gesprek tussen twee oudere mannen die bij de ingang stonden te roken. “Zo maat, alles kits achter de rits?” vroeg de ene man, amechtig inhalerend. De ander keek hem aan. “Al jaren niet meer.” Hij hield zijn peuk omhoog en gebaarde mistroostig naar de sigaret. “Al dertig jaar elke dag deze jongens”, zei hij, rook uitblazend. “Ik krijg hem niet meer omhoog. Schijnt een bijeffect van roken te zijn.” “Mijn God,” zei de andere man en keek naar zijn eigen saffie. “Dat hadden ze er wel eens bij mogen zeggen.”
Hierna nam hij een diepe hijs.
De vraag hoe oud het inademen van smeulende tabaksbladeren is, is onderwerp van debat. Of er in de oertijd werd gerookt, is moeilijk te zeggen. In Egypte en de Griekse oudheid was de bezigheid in elk geval bekend. En de oorspronkelijke bewoners van Amerika hebben een lange traditie van het roken van tabak, paddenstoelen en andere planten. Columbus en andere Europese ontdekkingsreizigers namen tabaksplanten mee naar Europa, waar roken eerst (terecht) werd gezien als iets van de duivel – tot tabak aan een verwoestende zegetocht begon.
Tabak bevat giftige stoffen als teer, nicotine, koolmonoxide, stikstofmonoxide, arseen, cyanide, ammoniak, azijnzuur, polonium en nog vele andere. De lijst ziektes waarvoor het roken van tabak (mede) verantwoordelijk is, is al even groot: hart- en bloedvatziektes, ziektes van de luchtwegen, parodontitis, vrijwel alle vormen van kanker, schildklierziektes, botziektes, spierziektes, gewrichtsziektes, rugklachten, doofheid, maculadegeneratie, blindheid, ziekte van Alzheimer en zo gaat de lijst maar door.
Roken is wat biologen een costly signal noemen; wat een pauwenstaart is voor een pauw. Zo’n vogel met een idiote verentooi aan zijn kont laat zien: ik ben genetisch zo sterk dat ik mij deze maffe veren kan veroorloven, dus kies mij als partner! Zo is het met roken ook. Rokers, vooral jongere, laten zien dat ze stoer en sterk genoeg zijn voor zoveel gif in hun lichaam.
Helaas blijkt uit onderzoek van de Universiteit van New Orleans dat mannelijke sigarettenrokers gemiddeld 41 procent meer kans hebben op erectiestoornissen dan niet-rokende mannen. Mannen die meer dan twintig sigaretten per dag roken hebben op latere leeftijd 65 procent meer kans dat zij hun jongeheer niet meer overeind krijgen. En het slechte nieuws is: helaas wordt deze kans niet kleiner door te stoppen met paffen. Het is simpel: als je het op latere leeftijd een beetje ‘kits achter de rits’ wilt houden, moet je er gewoon niet aan beginnen.
Ronald Giphart staat met zijn column in elk nummer van KIJK. Deze tekst werd eerder gepubliceerd in KIJK 10/2015. Deze editie is hier nog online te bestellen.