Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Het internet is een fantastisch, technisch fraai, onmisbaar, wijs, verbindend netwerk, schrijft hoofdredacteur André, maar heeft ook flink wat schaduwkanten.
Mijn ouders configureerden mij in het midden van de jaren zestig. Volgens mijn jongere collega’s maakt me dat bijna zo oud als het mysterieuze Antikythera-mechanisme. Dat valt reuze mee, maar ik bracht mijn vroege jaren wel computerloos (en zelfs televisieloos) door. De eerste pak-em-beet tien jaar van mijn leven gebeurde er op het digitale vlak heu-le-maal niks. Daar kwam pas een beetje verandering in met Pong, wat niet veel meer was dan een kastje en twee draaiknoppen waarmee je met twee witte streepjes een vierkant balletje over het scherm van de tv kon tikken.
Fax
Zo’n tien jaar later laadde ik games vanaf een cassettebandje in het geheugen van de computer; een voor die tijd peperdure Trust met een groen beeldscherm. Een paar computers daarna kreeg ik mijn eerste modem, dat krijsend verbinding met Het Internet maakte, waarna je rustig een kopje koffie kon zetten én drinken terwijl er een plaatje van 100 kb door de telefoonlijn werd getrokken. (Een telefoonlijn die daarmee overigens continu ‘in gesprek’ was, want over gelijktijdig bellen en internetten konden we alleen nog maar dromen.) En nog een paar jaar later vroeg een KIJK-collega of ik al iets deed met die nieuwe elektronische mail. Waarop ik naar waarheid antwoordde dat ik het nut er nog niet echt van inzag. Want, hé, we hadden toch een fax?
Potje Pong
Kortom: ik ben van de generatie die de eerste pc’s zag komen en het wereldwijde web zag uitgroeien tot wat het nu is. Een fantastisch, technisch fraai, onmisbaar, wijs, verbindend netwerk dat langzaam doordrong in bijna elk aspect van ons leven. Maar met die ongebreidelde vrijheid kwamen er ook schaduwkanten: privacy-problemen, social-mediaverslaving, en nepnieuws, om er maar een paar te noemen. Nick Kivits legt in deze editie de belangrijkste pijnpunten bloot én buigt zich over de broodnodige oplossingen om het internet te fiksen.
Want één ding is zeker, we kunnen niet meer zonder. Dus veel plezier met dit verhaal en met de rest van deze KIJK. Ik maak na deze deadline – zo ongeveer als iemand die een supercomputer gebruikt om 1+1 door te rekenen – een korte trip down memory lane door op www.ponggame.org lekker een potje Pong te spelen.
Deze redactioneel staat ook in KIJK 10/2021, hier met gratis verzending te bestellen.