De klimaatverandering leidt tot extra oorlogen, wordt al jaren geroepen. Maar die claim blijkt niet gegrond.
Eigenlijk zou het nieuws moeten zijn. Het internationale klimaatpanel IPCC, dat om de zoveel jaar vuistdikke rapporten publiceert over de klimaatverandering en de gevolgen daarvan, neemt in het eerste rapport van 2022 iets terug: de klimaatverandering gaat hoogstwaarschijnlijk géén extra oorlog veroorzaken. Verrassend, want al jaren gold de waarschuwing van wel. Als in: meer droogte en vluchtelingen zouden onvermijdelijk tot extra conflicten en oorlogen leiden. Het is een bekende bewering: recentelijk nog waarschuwde militair Tom Middendorp in zijn boek Klimaatgeneraal voor extra conflicten door klimaatverandering.
Lees ook van Ronald Veldhuizen:
- ‘Eigenlijk kán dit middel tegen hooikoorts niet eens werken’
- ‘De enige mildheid die een virus ‘krijgt’, komt van onszelf’
Het klimaat-conflict-effect
Alleen klopt het dus niet zomaar. De redenatie achter de opwarming-leidt-tot-conflictregel is eigenlijk ook veel te simpel. Die luidt dat als overstromingen en droogtes steeds meer mensen beroven van bijvoorbeeld hun huizen en voedsel, een land zo instabiel wordt dat oorlogen moeilijker te voorkomen zijn. Het grote voorbeeld dat vaak wordt aangehaald is Syrië, waar een recorddroogte het land teisterde en kort erna, in 2011, de burgeroorlog uitbrak. Dat is geen toeval meer, schreven bijvoorbeeld Colin Kelley en andere klimaatexperts in een veel aangehaalde studie uit het blad PNAS.
“Natuurlijk zou een klimaatramp een fragiel land kunnen doen overkoken – niemand betwijfelt dat”
Maar ho even. Dat dictator Assad al jaren de bevolking onderdrukte en door heel het Midden-Oosten protesten en droogtes plaatsvonden zónder dat daar een burgeroorlog uitbrak, benoemt Kelley niet. En wie toeval wil uitsluiten, moet kunnen aantonen dat er vaker conflicten zijn op momenten van toegenomen droogte- of waterproblemen. Officieel komen uit die berekeningen geen eenduidig antwoord: onderzoekers zijn het onderling totáál niet eens over het klimaat-conflict-effect. Dat is altijd een teken dat het verband, voor zover het bestaat, niet heel sterk kan zijn.
Grootste bron van ellende
Het ETH Zürich vond bijvoorbeeld geen link tussen waterschaarste en gewapende conflicten. Ook de vele burgeroorlogen in Afrika komen niet vaker voor na extreme regenval of temperaturen, rekende politicoloog Halvard Buhaug eens voor. De mate waarin machthebbers hele bevolkingsgroepen rechten ontzeggen, voorspellen volgens zijn studie veel beter het risico op een burgeroorlog. Andere studies komen niet verder dan een verhoogde conflictkans van enkele procenten bij elke graad opwarming.
Natuurlijk zou een klimaatramp een fragiel land kunnen doen overkoken – niemand betwijfelt dat – maar dan moet het land dus al eerst het kookpunt hebben bereikt. Beter begrijpen wat daaraan voorafgaat, zoals onderdrukking, uitsluiting en ander wanbeleid, is daarom veel waardevoller om een conflict te voorkomen.
Let wel: klimaatzorgen zijn terecht. Maar de grootste bron van menselijke ellende, dat zijn op de eerste plaats de machthebbers zelf.
Deze column staat ook in het extra dikke zomernummer van KIJK.