Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Door het ‘blijf-zoveel-mogelijk-thuis’-beleid, zou de criminaliteit in steden met gemiddeld 37 procent zijn afgenomen. Dit geldt echter alleen voor politie-geregistreerde criminaliteit.
Gesloten restaurants en cafés, lege winkelstraten, en een avondklok; het is slechts een aantal maatregelen dat is getroffen om het aantal COVID-19-patiënten zo laag mogelijk te houden. Een internationaal onderzoeksteam, onder leiding van socioloog Amy E. Nivette van de Universiteit Utrecht, vroeg zich af wat het advies om zoveel mogelijk thuis te blijven heeft gedaan met de criminaliteitscijfers.
Lees ook:
- ‘Met volle maan zouden mensen zich maffer gedragen’
- Filmpje: cybercriminaliteit in het dagelijks leven
Strenge regels
Nivette en haar collega’s analyseerden deze cijfers voor 27 steden, verspreid over 23 landen in Amerika, Europa, het Midden-Oosten en Azië. Ze vergeleken de gegevens vóór de COVID-19-maatregelen met de mate van criminaliteit tijdens de coronacrisis, en publiceerden hun bevindingen in Nature Human Behaviour.
De criminaliteit waar de onderzoekers zich op richtten in de studie was politie-geregistreerde criminaliteit. Hiertoe behoorden mishandelingen, diefstallen, inbraken, roofovervallen, het stelen van voertuigen en moorden.
Hoewel de resultaten per stad verschilden, zagen de sociologen dat de criminaliteit tijdens de lockdown-periode gemiddeld 37 procent lager lag dan tijdens de jaren voorafgaand aan de coronacrisis. Verder gold in de meeste gevallen dat hoe strenger de maatregelen waren, hoe lager het percentage criminaliteit. Als de restricties versoepelden, was er wederom een toename te zien.
Moord
De gemiddelde afname was het grootst voor diefstal en roofovervallen, met een daling van respectievelijk 47 en 46 procent. Inbraken namen af met 28 procent, mishandelingen met 35 procent en diefstal van voertuigen met 37 procent. Het aantal moorden daalde gemiddeld met 14 procent; slechts drie steden (Lima, Cali en Rio de Janeiro) zagen een statistisch significante daling.
Waarom het aantal moorden minder afnam dan de andere politie-gerelateerde criminaliteit? Hier opperen de onderzoekers een aantal verklaringen voor. Zo zou een aanzienlijk deel van de moorden worden gepleegd binnen huiselijke sferen. Een ander deel van de moorden vindt plaats binnen de georganiseerde misdaad, die zich wellicht minder aantrekt van de restricties. Dit moet echter nog nader worden onderzocht.
Cybercrime
Criminoloog Jan van Dijk, werkzaam bij de Tilburg University, noemt de inhoud van de studie “volstrekt overtuigend”. “Via data.politie.nl kun je de maandelijkse cijfers checken van geregistreerde criminaliteit en die laten inderdaad een daling zien”, mailt van Dijk. “Ook Engelse slachtoffer-enquêtes laten dit zien.
Ook criminoloog en antropoloog Janine Janssen van de Avans Hogeschool, de Politieacademie en de Open Universiteit, noemt het onderzoek interessant, maar plaatst een paar nuanceringen – die de onderzoekers overigens ook vermelden. “Er is in de eerste plaats gekeken naar bij de politie geregistreerde criminaliteit, maar niet elk delict wordt bij de politie bekend”, zegt Janssen. “In de tweede plaats is niet naar alle delicten gekeken. Het is natuurlijk niet gek dat inbraken in woningen teruglopen als we allemaal thuis zitten vanwege de lockdown. De sociologen stellen zich dan ook de terechte vraag of een en ander zich niet verplaatst heeft: vindt er bijvoorbeeld niet meer cybercriminaliteit plaats?”
Janssen vervolgt: “Sommige delicten zijn moeilijker te plegen als mensen thuis zijn, maar er zijn ook delicten waar dat waarschijnlijk omgekeerd ligt. Zo is er de laatste tijd veel aandacht geweest voor kindermishandeling en andere vormen van huiselijk geweld: internationaal is gewaarschuwd voor een toename van dit geweld nu we met zijn allen hebben thuis gezeten of nog zitten. In Nederland wordt daar overigens ook onderzoek naar gedaan.”
Bronnen: Nature Human Behaviour, persbericht
Beeld: iStock/Getty Images