Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Vandaag kan er in ons land de hele dag gestemd worden voor de Tweede Kamer. Liefst 26 politieke partijen nemen deel aan de verkiezingen, wat het kiezen er niet makkelijker op maakt. Maar volgens een hardnekkig gerucht ligt je politieke voorkeur al besloten in je karakteraanleg.
Dit artikel is een column van factchecker Ronald Veldhuizen en is eerder gepubliceerd in KIJK 3/2021.
In de Verenigde Staten, daarentegen, zijn er slechts twee kampen. De mensen zijn daardoor wel tot op het bot verdeeld: je bent óf conservatief óf progressief. Een verziekte cultuur, zou je kunnen zeggen, maar volgens een gerucht dat nu al ruim tien jaar rondzingt, ligt het probleem dieper. Je politieke voorkeur zou namelijk al besloten liggen in je karakteraanleg. Zo zul je altijd en overal verdeeldheid hebben, valt langs die lijnen te lezen in onder meer The New York Times en enkele Nederlandse bladen.
Lees ook: Waar komen ‘links’ en ‘rechts’ in de politiek vandaan?
Bangmaakplaatjes
Wetenschappelijk gezien is het idee slappe hap gebleken. De invloedrijkste studie die een aangeboren politieke voorkeur zou bewijzen, rammelt nogal. Zo ging het onderzoek zelf: politicologen van de universiteit van Nebraska-Lincoln lieten aan 46 volwassenen allerlei enge plaatjes zien. De proefpersonen die aangaven conservatief te zijn, en dus voorstander zijn van maatregelen die ze tegen vreemdelingen beschermen, bleken angstiger te reageren op de bangmaakplaatjes dan progressieve deelnemers. De studie haalde in 2008 het prestigieuze blad Science en werd wereldnieuws.
Maar kom: een test met 46 proefpersonen is écht te weinig. Ook was er maar één meting die de mooie theorie ondersteunde, wat wijst op een mogelijke toevalstreffer. Gelukkig dacht de Nederlandse jonge onderzoeker Bert N. Bakker van de Universiteit van Amsterdam er net zo over, en herhaalde hij onlangs het onderzoek met liefst tien keer zo veel proefpersonen.
Klimaatrampen
Je voelt hem al aankomen. Bakker trof geen enkel verband aan tussen wat voor karaktertrekken en iemands politieke voorkeur dan ook. Wat je eigenlijk op zijn minst moet doen, is mensen jarenlang volgen: hoe ontwikkelt hun karakter zich en hangt dat samen met welke standpunten je steunt? Precies dat deden Peter Hatemi en Brad Verhulst. Na tien jaar zagen zij onder duizenden Australiërs geen noemenswaardige link tussen politiek en karakter. Het effect is er dus eigenlijk niet, of nauwelijks.
En hoezo zou angst typisch conservatief zijn? Vreemdelingenangst hebben ze misschien, maar mijn indruk is dat ze niet bepaald wakker liggen van aanstaande klimaatrampen of politiegeweld. Terwijl je juist kan zeggen dat progressieve mensen dáár weer bang voor zijn. Hoe dan ook is de wetenschap behoorlijk duidelijk: zulke hokjes – de ander is een angsthaas – zijn onzin. Wie ze gebruikt, zet alsnog groepen tegen elkaar op.
Beeld: ANP / Hollandse Hoogte / Venema Media