Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Stokoude ‘kauwgom’ vertelt ons meer over de genetische samenstelling van de kauwster en geeft zelfs aanwijzingen over haar dieet en gezondheid.
Berkenpek: een teerachtige, plakkerige substantie uit de bast van een berk. Het goedje werd gebruikt door mensachtigen vanaf het Midden-Pleistoceen als lijm voor wapens en andere voorwerpen. Door erop te kauwen en de pek zacht te maken, kon het gemakkelijk vervormd worden. Bovendien zou het kauwen een medische of ontspannende werking hebben. Maar zelfs nu hebben we er nog wat aan.
Het is onderzoekers namelijk gelukt om het genoom – de complete genetische samenstelling – te ontrafelen van een vrouw die 5700 jaar geleden leefde in Denemarken. Hoewel er van de vrouw zelf geen fysieke overblijfselen zijn, bleek een stuk ‘kauwgom’ voldoende te zijn om achter heel wat mysteries van haar leven te komen. De vrouw leefde in een tijd waarin men geleidelijk overging van jagen en verzamelen naar de landbouw. Ze had blauwe ogen, donker haar, een donkere huidskleur en was nauw verwant aan boeren die uit continentaal Europa kwamen.
Lees ook:
Microbioom
En zelfs haar eetgewoontes en ziektes kwamen aan het licht. Door de omringende modder en het hydrofobe karakter van het sample is het genoom en microbioom, de aanwezige bacteriën en virussen, bijzonder goed bewaard gebleven. Tijdens het analyseren van het sample vonden de onderzoekers niet alleen menselijk DNA, maar ook DNA van bacteriën en virussen waaruit bleek dat de vrouw een tandvleesaandoening had en geïnfecteerd was met het Ebstein-Barr-virus. Zelfs haar laatst verorberde lunch, bestaande uit hazelnoten en eend, kon getraceerd worden met behulp van het aanwezige plantaardige en dierlijke DNA.
“Wat het heel interessant maakt, is dat je van één en hetzelfde individu niet alleen informatie over het hoofdgenoom krijgt, maar ook over het microbioom en de eetgewoontes”, zegt hoogleraar genetica Lude Franke van de Rijksuniversiteit Groningen. “Een deftig woord hiervoor is multiomics: het verzamelen van informatie op verschillende moleculaire niveaus. Stel dat je deze informatie niet voor één persoon zou hebben, maar dat er meerdere datasets van verschillende individuen beschikbaar zijn, dan kun je kijken of er bepaalde relaties zijn tussen het DNA en het microbioom. Een voorbeeld van zo’n relatie is koemelk. Wij Europeanen verdragen dat, maar in andere continenten kan men dat niet goed verdragen omdat zij niet de juiste lactaat dehydrogenase bevatten, een enzym waarmee de koemelk afgebroken kan worden.”
Splintertjes bewijs
Franke vervolgt: “Door het verzamelen van informatie kun je ook verder terug in de tijd gaan en kijken of de orale microbioomcompositie van vroeger sterk verschilt met de situaties nu. Alles wat we nu zeggen over vroeger is gebaseerd op splintertjes bewijs waar we zo goed mogelijk verhaal van proberen te maken. Door de DNA-technologie is er een revolutie ontstaan en zijn de inzichten enorm veranderd. Alle splintertjes van bewijs samen kunnen de kijk op het verleden enorm veranderen”.
Volgens hoogleraar dierecologie en evolutiebiologie Nico van Straalen (Vrije Universiteit Amsterdam) is het onderzoek een belangrijke toevoeging. “Dat het mogelijk is om uit zo weinig materiaal zoals berkenpek, zoveel informatie te halen, is voor mij nieuw. De onderzoekers zijn erin geslaagd om een paar cruciale genotypische eigenschappen van deze persoon te achterhalen. Een zeer opmerkelijk artikel en een prestatie van de bovenste plank.”
Bronnen: Nature Communications, ScienceAlert