Toen het Japanse leger in april 1942 de Amerikaanse strijdkrachten op de Filipijnen versloeg, betekende dat de grootste militaire nederlaag tot dan toe in de geschiedenis van de Verenigde Staten. En daarna pleegden de Japanners een van de beruchtste wandaden uit de oorlog in de Stille Oceaan – die ze dubbel en dwars terugbetaald kregen.
De bommenwerpers naderden in zulke perfecte V-formaties dat sommige mannen op de grond dachten dat het eigen toestellen waren. Ze hadden beter moeten weten, want enkele uren eerder was de grote Amerikaanse marinebasis Pearl Harbor door Japanse vliegtuigen aangevallen.
>>> Lees ook: Operatie Barbarossa: strijd zonder genade <<<
Toen ze glimmende voorwerpen naar beneden zagen komen, begrepen ze dat zij nu aan de beurt waren. Binnen een uur veranderden de vijandelijke bommen en boordwapens Clark Field, het belangrijkste vliegveld op de Filipijnen, in een rokende puinhoop. Tientallen jagers en zestien viermotorige B-17’s waren verwoest of zwaar beschadigd. In de dagen daarna bombardeerden de Japanners ook enkele andere Filipijnse bases, wat zo’n beetje het einde betekende van de Amerikaanse luchtstrijdkrachten in het gebied.
Twee weken later, op 22 en 23 december 1941, gingen 50.000 Japanse soldaten aan land op de Filipijnen. Zonder enige luchtsteun van betekenis konden de Amerikanen weinig tegen ze uitrichten. Besloten werd de hoofdmacht terug te trekken op het schiereiland Bataan, tegenover de hoofdstad Manila. Zo begon een gruwelijke strijd die een nog gruwelijker einde zou krijgen – en daarmee bepalend werd voor het verloop van de oorlog in de Stille Oceaan.
Benieuwd naar de rest van het verhaal? Die vind je in de Tweede Wereldoorlog-special van KIJK. In deze 132 pagina’s tellende editie nemen we je mee langs de meest opmerkelijke gebeurtenissen uit die periode. Bestel hem hier!
Beeld: Time Life Pictures/Getty Images