Leg een paar pubers in een MRI-scan, laat ze foto’s van Facebook of Instagram zien en je krijgt interessante resultaten.

Sociale media zijn een populair onderzoeksveld. We schreven laatst bijvoorbeeld al over de informatie die Facebook-berichten over je weggeven. Maar het gedrag van pubers analyseren terwijl ze op een social network zitten, is ook interessant, moeten onderzoekers van het UCLA hebben gedacht. Ze hebben ontdekt dat het genotscentrum in de hersenen geactiveerd raakt wanneer een puber ziet dat hij veel likes heeft gekregen.

‘Vind ik leuk’

De 32 jongeren lagen in een MRI-scan terwijl ze 148 foto’s te zien kregen. Sommige foto’s toonden risicovol gedrag, zoals een joint tussen de vingers houden. Dit terwijl andere foto’s neutraal gedrag lieten zien, bijvoorbeeld een groep vrienden of een bord met eten. De deelnemers kregen ook veertig foto’s van zichzelf te zien.

Bij elke foto hadden de tieners twee opties: of op de ‘vind-ik-leuk-knop’ klikken of direct voor de volgende foto kiezen. Sommige foto’s hadden veel likes, terwijl andere er maar een handjevol hadden. De onderzoekers vertelden de proefpersonen dat die likes afkomstig waren van de andere participanten. In werkelijkheid hadden de onderzoekers dit zelf gedaan.

Voorbeeld van een neutrale foto (links) en eentje waarop risicovol gedrag staat afgebeeld (rechts). © Sherman et al.

Beloning

Meerdere dingen werden duidelijk na dit onderzoek. Zo waren tieners vaker in staat een foto leuk te vinden wanneer het plaatjes al veel likes van de ‘andere deelnemers’ had gekregen. Daarnaast zagen de onderzoekers de nucleus accumbens actiever worden wanneer de jongeren hun eigen foto met veel likes voorbij zagen komen. Dit is het belonings- of genotscentrum van de hersenen. Het gebied wordt bijvoorbeeld ook actiever na het eten van een stukje chocola.

Het onderzoek kent wel een keerzijde, want slechts 32 proefpersonen zijn gebruikt voor deze studie. En dat is niet genoeg om het experiment representatief te noemen. Wel is het leuk om te lezen wat je dankzij social media allemaal te weten kunt komen.

Bronnen: Psychological Science, Science Daily, Independent