Drie vragen over de Tweede Wereldoorlog beantwoord

KIJK-redactie

04 mei 2023 09:00

Vlag voor dodenherdenking 4 mei, Tweede Wereldoorlog

Op 4 mei herdenken we iedereen – burgers en militairen – die in Nederland of waar ook ter wereld zijn omgekomen of vermoord sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Drie vragen over dit zwarte hoofdstuk uit de geschiedenis beantwoord.

Hoe begreep het verzet codeberichten?

Hoe spraken de geallieerden en het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog af waar een boodschap als ‘Les dés sont sur le tapis’ (de dobbelstenen zijn geworpen) voor stond?

Het antwoord op deze vraag is in zekere zin te vinden in de tv-serie ‘Allo ‘Allo! Daarin loopt een als Franse politieman vermomde agent van de Engelse geheime dienst rond. Het verzet in Frankrijk (en in andere West-Europese landen) communiceerde namelijk niet alleen via radio’s. Vanuit Engeland werden mannen en vrouwen gedropt die informatie meebrachten.

De eerste agent van de Special Operations Executive (SOE) in Frankrijk was Georges Bégué, die op 5 mei 1941 met een zware zendinstallatie arriveerde. Vier dagen later al stuurde hij een radioboodschap naar Londen. Bégué bedacht de zogenoemde messages personnels: onschuldig klinkende mededelingen (in de trant van “Jean heeft een lange snor”) die een van tevoren afgesproken sein waren om bijvoorbeeld een sabotageactie in gang te zetten of de komst van een nieuwe agent aan te kondigen.

Zoals de Engelse historicus Antony Beevor in zijn boek over D-Day beschrijft, had de SOE aan de vooravond van de invasie contact met 137 radioposten van het Franse verzet. Niet alle SOE-agenten bleven in bezet gebied. Vaak keerden ze via het neutrale Spanje naar Engeland terug. Dezelfde route namen honderden bemanningsleden van neergehaalde geallieerde vliegtuigen die door verzetsmensen in Nederland, België en Frankrijk uit handen van de Duitsers waren gehouden.

Lees ook:

Waar komt de benaming Holocaust vandaan?

Er zijn heel wat benamingen voor de vervolging van de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Toch hoor je de laatste decennia meestal de benaming ‘Holocaust’. Waar komt dat woord vandaan?

De nazi’s noemden het de ‘Endlösung der Judenfrage’ (de definitieve oplossing van het Joodse vraagstuk). In de Engelstalige landen sprak men daarom van ‘Final Solution’, in Frankrijk van ‘Solution finale’ en in Zweden van ‘slutgiltiga lösningen’. In Nederland gebruikten deskundigen – onder wie de historicus Jacques Presser in zijn boek Ondergang – ook Endlösung, maar in de volksmond en de media bleef het hier heel lang simpelweg ‘de Jodenvervolging’. Toch hoor je de laatste decennia meestal de benaming ‘Holocaust’. Waar komt dat woord vandaan?

Holocaust stamt af van het Oudgriekse holokauston, wat ‘geheel verbrand’ betekent. Het slaat op de gewoonte van de Grieken en de Romeinen om dieren aan de goden te offeren. Doorgaans was het vlees daarbij voor menselijke consumptie bestemd en werden de botten en de andere oneetbare delen verbrand.

Maar in sommige gevallen ging het hele dier in vlammen op. In de hedendaagse betekenis van een slachting onder mensen gebruikte de Schotse auteur Leith Ritchie het woord holocaust in 1833 voor het eerst. Hij deed dat in zijn beschrijving van een gruwelijke gebeurtenis uit 1142: honderden inwoners van het stadje Vitry-le-François kwamen toen om het leven in een kerk die door soldaten van de Franse koning Lodewijk VII in lichterlaaie was gezet. Rond 1916 begon het woord vaker op te duiken, in verslagen van de massamoord op Armeense christenen die zich destijds in het Ottomaanse Rijk afspeelde.

Hoewel enkele Joodse publicaties al voor de Tweede Wereldoorlog met betrekking tot de antisemitische campagnes van de nazi’s over een holocaust spraken, duurde het tot de jaren zestig voordat het woord wat algemener werd – en dan nog vooral in wetenschappelijke literatuur. De ‘doorbraak’ naar het grote publiek kwam in 1978 met Holocaust, een Amerikaanse tv-serie over een Joods gezin in Hitlers Duitsland, met Meryl Streep in de hoofdrol.

Veel Joden wijzen de benaming overigens af; zij vinden dat je de onvrijwillige dood van miljoenen mensen niet als offer mag bestempelen. In het Hebreeuws wordt dan ook ‘Shoah’ gebruikt. Dat woord komt al voor in de Tenach (de Joodse Bijbel, oftewel het Oude Testament) en betekent ‘catastrofe’.

Lees ook:

Zijn er mensen levend uit de nazi-gaskamers gekomen?

Vreselijke taferelen hebben zich afgespeeld in de nazi-gaskamers, maar zijn er ook ‘geluksvogels’ die deze kamers hebben overleefd? 

Om meteen maar het ontnuchterende antwoord op deze vraag te geven: nee. Of beter gezegd: niet heel lang. Wel is er het verhaal van de 21-jarige Gena Goldfinger, die eind 1944 in een van de gaskamers van Auschwitz belandde en dat kon navertellen omdat naar het schijnt de installatie niet werkte.

Iets soortgelijks maakte Suzanna Weisz, een 15-jarige Jodin uit Slowakije, mee. Zij vertelde jaren later dat het gas op was toen zij en tientallen vrouwelijke lotgenoten moesten worden vermoord. Dit speelde in de tijd dat het Russische leger Auschwitz naderde en de nazi’s het kamp, inclusief de gaskamers, begonnen te ontmantelen.

Goldfinger en Weisz zijn dus nooit blootgesteld aan de dodelijke gassen die in de vernietigingskampen werden gebruikt: koolmonoxide en waterstofcyanide (oftewel blauwzuurgas). Dat laatste spul had destijds de merknaam Zyklon B en blokkeert de opname van zuurstof door de lichaamscellen. Een grote dosis ervan is binnen enkele minuten fataal.

Miklós Nyiszli, een Joodse dokter uit Hongarije die vanaf juni 1944 in Auschwitz als assistent van de beruchte kamparts Josef Mengele moest werken, maakt in zijn memoires melding van welgeteld één jong meisje dat min of meer levend uit een gaskamer werd gehaald.

Nyiszli vermoedde dat het kind met haar gezicht in een plas water was gevallen en daardoor maar een beperkte hoeveelheid Zyklon B had ingeademd. Voor het meisje betekende dat overigens slechts uitstel van executie; SS-bewakers schoten haar vrijwel meteen dood – wat ongetwijfeld ook met eventuele andere overlevenden van de gaskamers is gebeurd. Het treurige voorval vormde de inspiratie voor twee speelfilms: The grey zone (2001) en Son of Saul (2015).

Tekst: Leo Polak

Beeld: ANP/Hollandse Hoogte/Sabine Joosten

Meer lezen over dit conflict van een ongekende schaal? In de Tweede Wereldoorlog-special nemen we je mee langs de meest opmerkelijke gebeurtenissen uit die periode. Je bestelt hem hier of via onderstaande knop.