Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
‘What does not kill me, makes me stronger.’ Is deze slogan ook echt waar? Zijn mensen na een fors trauma veerkrachtiger? Mythbuster Ronald Veldhuizen ploos het uit.
Een grote Ramp met de hoofdletter R. Je hebt van die mensen die er echt een beetje naar hunkeren. Een oorlog, of zo. Of ja: een pandemie. Want: everything that doesn’t kill you makes you stronger, citeren ze de filosoof Friedrich Nietschze en tal van Hollywood-films. Een grote ramp als een pandemie verwoest weliswaar mensenlevens, zo luidt de gedachte, maar zulke ellende kan mensen weerbaarder maken dan ze eerder waren. Het virus leert ons trauma’s over de dood verwerken, stelt een coach in Forbes, en twee Nederlandse therapeuten wezen ook naar de pandemie als een prima bron van ellende die ons veerkrachtiger kan maken. Posttraumatische groei heet dat in vakjargon.
Lees ook:
Posttraumatische groei
Posttraumatische groei lijkt met goede bedoelingen niet eens zo verkeerd, maar het zit mij te dicht op de rafelranden van wat goede wetenschap is. Terwijl nu al hele legers therapeuten klaarstaan om mensen te helpen ‘groeien’ na een fors trauma – zoals de dood van een naaste, een hevige ziekte, of ingrijpend liefdesverdriet – is het onderzoeksveld eigenlijk een zootje vol rammelende bewijsvoering, constateren twee psychologen van de Wake Forest-universiteit. De meeste studies komen niet verder dan getraumatiseerde mensen vragen of ze sommige dingen in het leven nu anders of positiever waarderen.
Maar dan weet je niet of die mensen écht nieuwe psychologische klappen beter aankunnen. Het lijkt erop van niet. Zo ontdekte Patricia Frazier met scherpere metingen dat mensen na een trauma slechter scoorden op veerkracht dan ervoor. En in een ander onderzoek bij mensen die zwaar liefdesverdriet meemaakten, dáchten de meesten weliswaar dat ze naderhand meer veerkracht hadden, maar in de praktijk scoorden ze juist lager op weerbaarheid: ze bleken gevoeliger voor een nieuwe tegenslag.
Lichtpuntje zoeken
De ideale testcasus is misschien wel Chili, waar in 2010 een op de tien inwoners dakloos raakte door een hevige aardbeving en tsunami. Toevallig volgde een psychologenteam al duizenden Chilenen en konden ze metingen van jaren voor en na de ramp afnemen. Degenen die getraumatiseerd raakten, bleken continu angstiger en gestrester dan hun ongetraumatiseerde landgenoten. Niet sterker, en niks geen posttraumatische groei dus.
Ik snap het wel, hoor, die positieve keerzijde zoeken. Het lijkt me tijdens en na een ramp noodzakelijk dat je mensen probeert te helpen om lichtpuntjes te vinden in zelfs de donkerste tijden. Juist omdat een ramp niks goeds brengt, maar mensen in gruzelementen uiteen doet vallen, in plaats van dat ze ervan groeien.
Deze column staat ook in KIJK 2/2021.