Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Vijftien Franse vrijwilligers lieten zich veertig dagen lang opsluiten in een koude grot in de Pyreneeën – allemaal voor de wetenschap.
Afgelopen weekend was het eindelijk zo ver. Na anderhalve maand in een vochtige grot op 100 meter diepte te hebben geleefd, mochten deze Fransen weer naar buiten. Veertig dagen lang zonder daglicht, zonder besef van tijd, zonder contact met de buitenwereld in een vochtige, koude ruimte; wat doet dat eigenlijk met je? Dat is precies wat wetenschappers van het Human Adaption Institute wilden uitzoeken.
Lees ook:
Biologische klok
Onder leiding van Christian Clot werd het experiment – project Deep Time geheten – uitgevoerd. Zonder dagelijkse verplichtingen en zonder kinderen in de buurt, was de uitdaging “te profiteren van het huidige moment zonder na te denken over wat er over een of twee uur zal gebeuren”, zei de expeditieleider die ook in de grot verbleef tegen The Guardian.
Tijdens hun verblijf in de grot sliepen de vrijwilligers in tenten en wekten elektriciteit op met een fiets. Water werd uit een put gehaald. De deelnemers moesten dus goed samenwerken, zodat alles op rolletjes zou gaan. Ondertussen volgden ze wel hun eigen biologische klok; slapen wanneer ze moe waren en pas eten als ze echt trek hadden.
De wetenschappers hielden met sensors de slaappatronen en sociale interacties van de vijftien teamleden (zeven vrouwen, acht mannen) bij. Ook werd nauwkeurig het gewicht en het stressniveau gemonitord. Eén sensor was een piepkleine thermometer die de deelnemers als een pil moesten doorslikken. Die mat de lichaamstemperatuur en stuurde de gegevens door naar een computer tot het sensortje werd uitgepoept.
De pauzeknop
De vrijwilligers moesten daarnaast zelf vragenlijsten invullen. De onderzoekers wilden onder andere weten hoe ze hadden geslapen, hoe ze zich voelden, en of ze hadden bijgehouden hoeveel dagen ze al in de grot hadden doorgebracht. Zo antwoordde Clot, toen hij na veertig dagen isolatie naar buiten kwam, dat hij het gevoel had maar dertig dagen in de grot te hebben doorgebracht. Weer een andere deelnemer dacht dat er slechts 23 dagen voorbij waren gegaan.
Een andere opvallende, vroege bevinding is dat twee derde van de deelnemers nog wat langer in de grot wenste te blijven om groepsprojecten af te maken waaraan ze tijdens hun ondergrondse verblijf waren begonnen. “Het voelde alsof we op pauze konden drukken,” zei deelneemster Marina Lançon. “Voor één keer in ons leven hadden we echt tijd en konden we onze taken te doen. Het was geweldig.”
De resultaten van het experiment zullen het komende jaar verder worden uitgewerkt. De wetenschappers zeggen dat het onderzoek hen helpt beter te begrijpen hoe mensen zich kunnen aanpassen aan extreme levensomstandigheden en aan het volledig geïsoleerd zijn.
Je hebt onderzoekers die nuttig werk verrichten in hun vertrouwde en veilige laboratorium. Én je hebt waaghalzen die voor de wetenschap zo dicht mogelijk in de buurt van vulkanen, orkanen, hitte of juist kou willen komen. Zeven voorbeelden van extreem onderzoek vind je in KIJK 4/2021, hier te koop.
Bronnen: The Guardian, ScienceAlert, de Volkskrant
Beeld: Fred SCHEIBER/AFP/ANP