Een uitgebreid DNA-onderzoek aan oude Romeinse botten schijnt nieuw licht op de genetische geschiedenis van het Romeinse Rijk.
In 800 jaar groeide Rome van een simpele stadstaat uit tot een rijk dat van Groot-Brittannië in het westen, tot Noord-Afrika in het zuiden en Syrië, Jordanië en Irak in het oosten reikte. Hoewel men het Romeinse Rijk al honderden jaren bestudeert, zijn er tot op de dag van vandaag zaken waar we weinig vanaf weten. Een daarvan is de afkomst van de Romeinse bevolking.
Aan de hand van DNA-analysen aan oude Romeinse botten schijnt een internationaal onderzoeksteam daar nieuw licht op. In vakblad Science beschrijven de onderzoekers hoe migratiestromen de ‘samenstelling’ van het Romanum Imperium de afgelopen 12.000 jaar drastisch veranderden.
Lees ook:
Romeins DNA
Om hun afkomst in beeld te krijgen, analyseerden onderzoekers van de Stanford-universiteit, de universiteit van Wenen en de Sapienza Universiteit in Rome, DNA van 127 Romeinen. Dit materiaal is afkomstig van 29 begraafplaatsen van in en rondom de stad. Het dateert van kort na de ijstijd tot de middeleeuwen.
Hieruit bleek dat gedurende de heerschap van het rijk twee grote migratiestromen naar Rome, en een aantal kleinere, het aangezicht van de Romeinse bevolking drastisch hebben veranderd. ‘We zien dat mensen er van overal naartoe gekomen zijn’, vertelt coauteur Hannah Moots. ‘En dat die ’trek’ grotendeels in lijn is met historische en politieke evenementen.’
Vanuit het oosten
Eén van de opvallendste stromen, zo schrijven de onderzoekers, was die plaatsvond toen het Romeinse rijk zich rond de Middellandse zee uitbreidde. Op dat moment blijken immigranten vanuit het zogenoemde Nabije Oosten, Europa en Noord-Afrika massaal naar Rome te zijn verhuisd. Met name de oosterlingen kwamen in zulke getale, dat het een shift veroorzaakte in de gemiddelde afkomst – en dus het uiterlijk – van de Romeinse burger.
De late oudheid (~300 tot 600) kenmerkte zich door tal van politieke veranderingen en het opbreken van het Romeinse Rijk. ‘Ook dat zien we deels op genetisch vlak terug’, vertelt coauteur Hannah Moots. Het aantal mensen met een oosterse afkomst neemt af, terwijl die met een West- en Noord-Europese herkomst toenemen.
Smeltkroes
‘Bijzonder is hoeveel immigratie er op verschillende momenten vanuit verschillende plekken was’, schrijft coauteur Jonathan Pritchard. ‘De genetische samenstelling van de Romeinse populatie verandert continue over een periode van slechts een paar duizend jaar. Bovendien is leuk om te beseffen dat Rome zelfs 3000 jaar geleden al een smeltkroes van mensen met verschillende afkomsten was’, besluit hij.
In de toekomst willen de onderzoekers de genetische analysen uitbreiden over een groter geografisch gebied. Op de lange termijn hopen ze verder te gaan dan herkomst en migratie, en ook de evolutie van eigenschappen onder de loep te nemen, zoals lengte, maar ook lactose-intolerantie en malariaresistentie, aldus de onderzoekers.
Bronnen: Science, Stanford University via EurekAlert!
Beeld: Stanford University/Youtube
Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!