Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Sommige onderzoekers suggereren dat niemand ingrijpt bij een noodsituatie als er veel omstanders zijn. Toch bestaat dit bystander effect niet, aldus mythe-doorprikker Ronald Veldhuizen.
Ik hoor het mezelf nog zo vaak zeggen. “Iemand heeft vast al 112 gebeld.” Of: “Kijk, daar komt al hulp.” Geen onlogische reactie als op een drukke plek iets ergs lijkt te zijn gebeurd: je ziet immers genoeg mensen in de buurt die klaarstaan om te helpen. Maar volgens een psychologisch fenomeen dat als het omstander-effect bekendstaat, zou té vaak iedereen zo denken. Levensgevaarlijk, want als niemand denkt dat hij of zij iets hoeft te doen, komt hulp te laat en vallen er doden.
Lees ook van Ronald Veldhuizen:
Omstander-effect
Oef, zou het? Nou, laat dat schuldgevoel maar zitten, want in de praktijk bestáát dat hele omstander-effect niet. Het is een mooi verhaal dat door de ene foute aanname na de andere toch een plekje binnen de wetenschap wist te veroveren.
Dat begon al met waarom wetenschappers het bystander effect wilden aantonen: er ging in 1968 een verhaal rond over hoe maar liefst 38 mensen in New York getuige waren van de moord op een jonge vrouw, Kitty Genovese, van wie geen enkele iets zou hebben gedaan om haar te helpen.
Hoewel achteraf bleek dat het verhaal verzonnen was – de meeste mensen bleken de politie te hebben gebeld – gingen onderzoekers tóch in universiteitslokalen noodsituaties naspelen om te kijken hoe snel studenten zouden helpen in het bijzijn van veel of weinig omstanders. En verhip: met maar een of twee omstanders in de ruimte kreeg een acteur die deed alsof hij ziek werd sneller hulp dan als er een grote groep aanwezig was. Maar kom, het blijft doen alsof. Bovendien zijn psychologiestudenten niet gek: die weten vaak al dat er iets niet pluis is.
Allemaal gespeeld
Realistischere onderzoeken volgden gelukkig wel. En nu, tientallen studies verder, blijkt er toch weinig van dat omstander-effect over te blijven, concludeerden wetenschappers al in 2011 in het tijdschrift Psychological Bulletin: des te ernstiger en echter de gespeelde noodsituatie, des te sneller meerdere mensen te hulp schieten.
In 2019 kwam de genadeslag. Want: een groter aantal omstanders betekent in de praktijk zelfs dat slachtoffers juist sneller op hulp kunnen rekenen, van méér mensen, ontdekte antropoloogcriminoloog Marie Rosenkrantz Lindegaard op basis van tweehonderd vechtpartijen, ongelukken en andere incidenten, vastgelegd door beveiligingscamera’s. Niks nagespeeld, allemaal echt.
We zijn, kortom, behulpzame wezens. Ik denk zelfs dat juist die drang om te willen helpen het zo lastig maakt om langs de zijlijn te blijven staan. Juist daar valt nog veel onderzoek naar te doen: wát precies maakt dat we blijven staan of gaan helpen? Hoe dan ook zijn grote groepen omstanders eerder levensreddend dan levensgevaarlijk.
Deze column staat ook in KIJK 8/2021.