Dat er in Noord-Korea het nodige onder dwang gebeurt, zal niemand verbazen. Maar ook buiten het land werken talloze Noord-Koreaanse dwangarbeiders – zelfs in de EU. Remco Breuker van het Leiden Asia Centre doet er onderzoek naar. Een kort interview met hem.
KIJK: Hoe komen Noord-Koreaanse dwangarbeiders hier terecht?
“Via de Noord-Koreaanse staat. Die machtigt Noord-Koreaanse tussenpersonen om contracten af te sluiten met bedrijven en fabrieken in de EU. Omdat je direct met de staat zaken doet, is alles qua visa en zo netjes geregeld – op papier althans.”
Om hoeveel mensen gaat het dan? En wat doen ze precies?
“Hoeveel, dat zijn we nu aan het onderzoeken; we denken een paar duizend. In het algemeen doen ze productie- en bouwvakwerk. De werktijden zijn extreem lang en vrije dagen hebben ze bijna niet. Ook is het voor de arbeiders streng verboden om met andere mensen om te gaan of zelfs maar te praten.”
Hoeveel verdient Noord-Korea aan deze mensen?
“Ook dat moet worden onderzocht, maar 80 tot 100 procent van de lonen van de arbeiders gaat direct naar de Noord-Koreaanse staat. Deze inkomsten vormen een belangrijk deel van de buitenlandse valuta die Noord-Korea binnenkrijgt; misschien zelfs het merendeel. De arbeiders zelf krijgen net genoeg om te kunnen blijven werken.”
Wat willen jullie met het onderzoek bereiken?
“Ten eerste willen we weten hoeveel Noord-Koreaanse arbeiders er in de EU werken en onder welke omstandigheden. Ten tweede willen we er op basis van deze kennis voor zorgen dat hun mensenrechten niet worden geschonden.
Dit korte interview verscheen ook in KIJK 1/2016. Dit nummer is nog online te bestellen.