Het klinkt sowieso een stuk leuker dan sommetjes op papier maken: met de hele klas aan de touchscreentafels. En je lijkt er ook nog eens beter van te worden in wiskunde.
Dat blijkt uit een driejarig Brits onderzoek waarbij 44 leerlingen van rond de tien gebruikmaakten van NumberNet, een systeem van aan elkaar (en aan een ‘meesterbord’) gelinkte tafels met touchscreens als tafelblad.
Met behulp van deze tafels moesten de kinderen onder meer in groepjes zoveel mogelijk sommetjes bedenken die dezelfde uitkomst gaven. (Het getal 150 kun je bijvoorbeeld maken met 100 + 50, 160 – 10 of 25 x 6.) Een andere groep van 42 leerlingen kreeg dezelfde opdrachten, maar werkte ouderwets met pen en papier.
Meer manieren
Het resultaat: beide groepen werden door oefenen ongeveer evenveel beter in het maken van dit specifieke type som, in die zin dat ze met grofweg hetzelfde aantal antwoorden kwamen. Maar de ‘touchscreengroep’ gebruikte meer verschillende en uitgebreidere manieren om tot de opgegeven uitkomst te komen.
Volgens de onderzoekers betekent dit dat ze flexibeler waren geworden dan hun pen-en-papier-evenknieën. Ze gebruikten niet een van tevoren geleerd ‘standaardtrucje’, maar hadden door dat er allerlei strategieën waren om een bepaald probleem mee aan te pakken.
Samen of individueel?
Nu is een aantal touchscreentafels per klas aanschaffen natuurlijk nogal een uitgave voor een basisschool. Daarnaast is uit het onderzoek niet af te leiden in hoeverre de verbetering echt aan de tafels was te danken. Het is namelijk ook zo dat de ‘touchscreengroep’ samenwerkte, terwijl in de ‘pen-en-papier-groep’ de sommetjes individueel werden gemaakt.
Wellicht kun je kinderen dus ook al beter in wiskunde laten worden door ze op een goedkopere manier samen aan de slag te laten gaan. Al zal een klas vast wat minder makkelijk te motiveren zijn als ze per groep een schoolbord in plaats van een futuristisch ogend touchscreen krijgen…
Bronnen: Learning and Instruction, Durham University
Beeld: Durham University/North News