De quantummechanica*: die mysterieuze natuurkundige theorie die de wereld van het allerkleinste beschrijft op een manier die maar moeilijk te rijmen is met het boerenverstand.
De onmogelijkheid om de plaats én de snelheid van een deeltje met hoge precisie te bepalen. Vergelijkingen die niet vertellen waar een deeltje te vinden is, maar alleen de kans geven dat het op een bepaalde plek opduikt als je gaat kijken. Katten in dozen die tegelijk dood en levend zijn. Het moge duidelijk zijn: sinds de eerste stappen richting de quantumtheorie ruim een eeuw geleden werden gezet, heeft ze de nodige stof tot nadenken opgeleverd.
In Kwantum brengt Manjit Kumar de ontstaansgeschiedenis van de quantummechanica in kaart, waarbij hij de natuurkunde zelf ook behandelt. De ondertitel, Einstein, Bohr en het grote debat over de natuurkunde, blijkt daarbij wat misleidend. Ja, Albert Einstein en Niels Bohr waren verantwoordelijk voor cruciale bijdragen aan de theorie. Maar een groot van het boek is terecht gereserveerd voor andere quantumgrootheden: Max Planck, Werner Heisenberg, Erwin Schrödinger en ga zo maar door. De quantummechanica is niet op het conto van twee wetenschappers te schrijven, hoe briljant die ook waren.
Wel kun je, zoals Kumar doet in het laatste deel van zijn boek, inzoomen op beide zwaargewichten. Het meningsverschil tussen Bohr en Einstein draaide rond de zogenoemde ‘Kopenhaagse interpretatie’ van Bohr en de zijnen. Die hield in dat de “werkelijkheid niet bestond bij het ontbreken van een waarneming”. “Een elektron bestaat domweg pas op een bepaalde plaats als er een waarneming of meting wordt gedaan om het te lokaliseren. Het heeft pas snelheid, of welk ander natuurkundig kenmerk dan ook, als het wordt gemeten.”
Daar kon Einstein niet mee leven, schrijft Kumar: “Natuurkunde was voor hem een poging de werkelijkheid waar te nemen zoals ze is, onafhankelijk van de waarneming.” Het genie zaagde dan ook steeds maar weer aan de stoelpoten van Bohrs interpretatie door lastige gedachte-experimenten te opperen, die Bohr en zijn collega’s vervolgens moesten pareren.
Uiteindelijk kwamen de twee er niet uit. Einstein was nog steeds niet happy met de kwantummechanica toen hij in 1955 overleed. En toen Bohr zeven jaar later dood werd gevonden, stond er nog een tekening van een van Einsteins proefballonnetjes op het schoolbord in zijn studeerkamer. Hoezeer hij ook achter zijn eigen interpretatie stond, blijkbaar was bij de Deen toch altijd iets blijven knagen.
paperback | 496 pagina’s | Ambo | € 34,95 | ISBN 978 90 263 2136 8
* Volgens het Groene Boekje is quantum met ‘kw’, maar op dit punt zijn we bij KIJK eigenwijs…