Botsingen met recordenergie in LHC

kijkmagazine

30 maart 2010 17:12

In de Large Hadron Collider (LHC) hebben wetenschappers vandaag protonen op elkaar laten botsen met een totale energie van 7 teraelektronvolt (TeV) – een nieuw record.

Een indrukwekkend resultaat, maar het is slechts de helft van wat CERNs nieuwe deeltjesversneller eigenlijk in zijn mars hoort te hebben, namelijk botsingen bij 14 TeV. Die energie is voor later, zo werd eerder al bekendgemaakt. CERN is van plan de LHC nu 18 tot 24 aaneengesloten maanden te laten lopen op 7 TeV en hem daarna stop te zetten voor een onderhoudsperiode. Pas daarna komt – hopelijk – de beoogde maximumenergie van de machine in beeld.

Wat we al kunnen met een LHC op ‘halve kracht’? Ten eerste is er een kans dat we het befaamde higgsdeeltje waarnemen, meldt CERN. Tenminste: “Als dat een massa heeft van ongeveer 160 GeV.” Helaas voor CERN lijkt het niet erg waarschijnlijk dat het Higgsdeeltje zo’n massa heeft en dus in de nabije toekomst al opduikt tussen de data van de LHC. Want zoals NIKHEF-directeur Frank Linde vorig jaar al zei in een interview met KIJK: “CERN heeft een concurrent in Amerika, Fermilab, en daar meten ze zich helemaal lam rond die massa van 160 GeV; daar willen ze natuurlijk graag het higgsdeeltje ontdekken vóór CERN. Dat is ze niet gelukt, en dus zit het daar waarschijnlijk ook niet.” Voor de eerste detectie van ‘het higgs’, dat er kort gezegd voor zou moeten zorgen dat andere deeltjes een massa kunnen hebben, kunnen we dus beter onze hoop vestigen op de botsingen met een energie van 14 TeV.

Wel vergroot de LHC met de botsingsenergie die hij de komende maanden zal hebben al de kans dat er andere exotische zaken opduiken. Denk daarbij aan supersymmetrische deeltjes: partners van de bekende deeltjes die volgens sommige theorieën zouden moeten bestaan, maar die nog niet zijn waargenomen. Verder is er een verhoogde kans dat we deeltjes vinden die wijzen op het bestaan van hogere dimensies, meldt CERN. En dat klinkt natuurlijk ook al aardig spannend.

Bronnen: CERN, Nature: The Great Beyond

Beeld: Maximilien Brice/CERN