De bruinbandbamboehaai kan na de paring het sperma maar liefst vier jaar opslaan, voordat ze eieren legt.
Een bruinbandbamboehaai – een gestreepte haaiensoort die leeft in de Westelijke Indische Oceaan – die al vier jaar niet meer bij mannetjeshaaien in de buurt was geweest, heeft in een Californische dierentuin een vruchtbaar ei gelegd. Uit het ei kwam een gezonde haaienbaby. De vader bleek een haai met wie de moeder vier jaar geleden had gepaard. Dit is de langste door wetenschappers gedocumenteerde periode dat een haai sperma heeft opgeslagen.
Onbevruchte eieren
Zoals kippen onbevruchte eieren kunnen leggen, zo is ook van haaien bekend dat ze dit doen. De haaien in het vrouwenaquarium van de dierentuin leggen dan ook met enige regelmaat eieren, zonder dat iemand zich daarover verbaast. In 2010 vroeg een bioloog zich echter af of er ook bevruchte eieren in het aquarium zouden liggen. De wetenschappers plaatsten een aantal eitjes in een incubator en ja hoor, uit een van de twee kwam een gezond haaitje.
De geboorte van het haaitje kon drie dingen betekenen. De eerste optie was dat de moederhaai had gepaard met de enige mannelijke bewoner van het aquarium; een adelaarsrog. Het is echter zeer onwaarschijnlijk dat een rog en een haai paren. Optie 2 was dat de kleine haai is geboren door parthenogenese – bij bepaalde diersoorten, waaronder een paar haaiensoorten, is bekend dat de dames zich zonder mannetje kunnen voortplanten. Mogelijkheid 3 was dat mamahaai het sperma van de vader vier jaar heeft opgeslagen. Vier jaar geleden zwommen de mannen en de vrouwen namelijk nog gezellig in hetzelfde aquarium.
Sperma bewaard
Om onderscheid te maken tussen optie 2 en 3 bekeken de onderzoeker het DNA van het jong en drie potentiële moeders. Dat bleek overeenkomsten te hebben met het DNA van alle drie de dames. Als de baby geen vader zou hebben, zou deze heel erg op één van de drie moeten lijken. Ook bleek dat een deel van het DNA (32 allelen) van het haaitje met geen van de moeders overeen kwam en dus wel van een vader afkomstig moest zijn. De enige mogelijkheid die overblijft, is dus dat de moeder het sperma van de vader al die tijd heeft opgeslagen, alvorens eitjes te leggen.
Doordat de moeder sperma kan opslaan, kan zij eitjes leggen wanneer het haar uitkomt. Ze hoeft tijdens de paring dus niet te ovuleren. Deze methode van voortplanting zorgt er – in tegenstelling tot parthogenese – voor dat haar jongen toch de genen van twee ouders krijgen en dat is weer goed voor de genetische diversiteit.
Wanneer en hoe een haai besluit de alternatieve voortplantingstechniek te gebruiken is nog niet duidelijk.
Bronnen: Journal of Fish Biology, California Academy of Sciences via EurekAlert!
Beeld: California Academy of Sciences