De gevaren van tandenstokers en gaasjes

kijkmagazine

13 september 2012 16:00

Tandenstoker in longkwab

Artsen beschrijven twee gevallen waarbij een ingeslikte tandenstoker en een tijdens een operatie achtergelaten gaasje voor grote problemen zorgden.

Dat je beter geen tandenstokers kunt inslikken, is hopelijk sowieso wel duidelijk. En dat chirurgen tijdens een operatie maar beter geen gaasjes in je lijf achter kunnen laten ook. Toch komt het allebei voor. In het wetenschappelijk tijdschrift BMJ Case Reports schrijven artsen over twee gevallen die de gevaren hiervan duidelijk maken.

Ingeslikte tandenstoker

De eerste patiënt waarover wordt geschreven, is een 45-jarige vrouw, die zich bij haar huisarts meldde omdat ze zich zwak voelde, ’s nachts veel zweette en weinig eetlust had. De arts besloot opdracht te geven tot een standaard bloedonderzoek en een ultrasound scan. Een dag later werd de vrouw echter al naar de eerste hulp gebracht omdat haar toestand flink was verslechterd.

Onderzoek wees uit dat haar lever niet meer normaal functioneerde en dat dit orgaan een abces bevatte van 4 centimeter lang en een paar millimeter dik. Bij een latere ingreep bleek deze ‘hyper-echoïsche verlengde structuur’ een houten tandenstoker te bevatten, die zich blijkbaar in de linkerleverkwab had vastgezet na te zijn doorgeslikt. Het stokje werd verwijderd en de patiënt herstelde voorspoedig.

‘Verstopplaats voor katoen’

In een ander artikel schrijven drie Britse artsen over een 56-jarige vrouw die zich, een halfjaar na een operatie, meldde vanwege problemen met haar stoelgang. Een CT-scan bracht de oorzaak aan het licht: een gaasje was, 15 centimeter boven haar anus, haar darmwand aan het binnendringen. Blijkbaar hadden chirurgen dit ‘cadeautje’ tijdens haar eerdere operatie in haar ingewanden hadden achtergelaten. Het gaasje werd met een soort pincet verwijderd via, eh, de voor de hand liggende weg, waardoor een nieuwe operatie kon worden voorkomen.

Dat er bij een operatie een gaasje of iets dergelijks wordt achtergelaten, is overigens geen zeldzaamheid: het gebeurt bij één op de 1500 operaties. Er is dan ook een mooie medische term voor bedacht: gossypiboma, een combinatie van gossypium (Latijn voor katoen) en boma (Swahili voor ‘verstopplaats’). Om meer gossypiboma-gevalletjes te voorkomen, adviseren de BMJ Case Reports-auteurs om vooral de richtlijn in acht te nemen om na afloop van een operatie de gaasjes goed te tellen – om te zien of er misschien eentje ontbreekt…

Bronnen: BMJ Case Reports (1), BMJ Case Reports (2), British Medical Journal via EurekAlert!

Beeld: B. Abu-Wasel/K.M. Etawil/V. Keough/M. Molinari/BMJ Case Studies