Hoe komt het toch dat er in Groningen zoveel huizen beschadigd zijn door aardbevingen waarvan de sterkste 3,6 op de schaal van Richter was?
Je leest altijd dat aardbevingen met magnitudes tot 2,9 op de schaal van Richter vrijwel nooit schade veroorzaken, en aardbevingen met magnitudes tussen 3,0 en 3,9 op de schaal van Richter hooguit lichte schade, zoals wat losse dakpannen. In Groningen zijn sinds het begin van de gaswinning maar tien bevingen boven magnitude 3,0 uitgekomen, waarvan de sterkste 3,6 op de schaal van Richter was. KIJK-lezer Aad van Rijn vraagt zich daarom af hoe het komt dat er in Groningen toch zoveel huizen beschadigd zijn.
Ondiepe aardbevingen
De schadetabellen bij de schaal van Richter gaan over ‘gemiddelde’ aardbevingen. In Groningen maken twee omstandigheden de situatie echter uitzonderlijk: de aardbevingen zijn ondiep, en de Groningse bodem bevat veel klei en veen.
Terwijl de meeste (natuurlijke) aardbevingen op tientallen kilometers diepte plaatsvinden, zitten de gasbevingen van Groningen op dieptes tot maar ongeveer 3 kilometer. De trillingen verliezen op hun korte weg naar het aardoppervlak dus relatief weinig energie. Bovendien veroorzaken ondiepe aardbevingen oppervlaktegolven. Die schudden het aardoppervlak extra hard heen en weer.
Daarnaast kunnen trillingen onderweg worden versterkt als de aarde gelaagd is, bijvoorbeeld als een aardbevingsgolf vanuit de zandgrond in veel slappere klei- of veenlagen terechtkomt. Dit zogeheten ‘opslingereffect’ zorgt in sommige delen van de provincie Groningen voor extra schade.
Deze vraag kon je vinden in KIJK 2/2019.
Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK antwoordt’? Laat hem via onderstaand formulier achter.
[contact-form-7 id=”141402″ title=”Vraag antwoord formulier”]
Tekst: Marlies ter Voorde
Beeld: Robin Utrecht/NF/ANP
Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!