‘Kleine IJstijd veroorzaakt door vulkanen’

KIJK-redactie

02 februari 2012 09:00

Schaatsen op de Theems in Londen

De Kleine IJstijd, een periode van gematigde temperaturen tussen de dertiende en de zestiende eeuw, werd mogelijk veroorzaakt door een periode van hevige vulkanische activiteit.

De aarde is onderhevig aan flink wat klimaatschommelingen. Een daarvan is de Kleine IJstijd, die plaatsvond in de Middeleeuwen, zo ongeveer tussen de dertiende en de zestiende eeuw. Over de oorzaak van deze koude periode zijn wetenschappers het niet eens. Nieuw onderzoek helpt hen weer een stukje dichter bij de waarheid.

Verzwakt warmtetransport

Eerder werd aangenomen dat afgenomen zonneactiviteit, vulkanische as die het zonlicht blokkeerde, of een combinatie van beide verantwoordelijk was voor de koude periode. Een team van wetenschappers meent nu dat hevige vulkanische activiteit over een periode van 50 jaar zorgde voor de Kleine IJstijd. De afkoeling die hiermee gepaard ging, zorgde ervoor dat de ijskappen aan konden groeien.

Een gedeelte van dit ijs werd vervolgens door de zeestromingen meegenomen naar het zuiden, waar het smolt en bovenop het zoute oceaanwater terechtkwam. Dit verzwakte het warmtetransport van de Noord-Atlantische stroming terug naar de Noordpool en resulteerde in een systeem dat zichzelf in stand hield.

Schaatsen op de gracht

De onderzoekers stelden dit vast door monsters te nemen van ingevroren planten die nu tevoorschijn komen uit de snel slinkende ijskappen. Via koolstofdatering ontdekten zij dat veel planten op verschillende locaties vrij plotseling zijn gestorven in dezelfde periode tussen 1275 en 1300 na Christus.

Vervolgens gebruikten de onderzoekers een klimaatmodel om de gegevens te verwerken. In de simulatie werd de zonnesterkte, volgens sommigen verantwoordelijk voor de Kleine IJstijd, op een constant niveau gezet. Ook dan bleek het mogelijk om een Kleine IJstijd te simuleren.

In Nederland kennen we de Kleine IJstijd onder meer van de winterse taferelen van schilders als Hendrick Avercamp en Pieter Bruegel. Veel van deze schilderijen tonen schaatsende mensen op de Amsterdamse grachten; wateren die niet snel schaatsklaar zijn. Uit andere schilderijen blijkt dat ook Engeland vaak te maken kreeg met een dik pak ijs: Londenaren konden in de zeventiende eeuw regelmatig schaatsen op de Thames.

Bronnen: Geophysical Research LettersUniversity of Colorado, LiveScience

Beeld: Gifford Miller