Het beeld dat we hebben van dinosauriërs zou weleens niet kunnen kloppen. Nieuw onderzoek toont aan dat de precieze huidskleur van deze uitgestorven dieren lastig te bepalen is.
Tot nu toe meende de wetenschap een aardig beeld te hebben van hoe dinosauriërs er in werkelijkheid hebben uitgezien. Onderzoeker Maria McNamara van de Universiteit van Bristol denkt hier echter anders over. Zij onderzocht hoe het proces van fossiliseren invloed kan hebben op pigmentcellen van versteende dinosauriërs en kwam tot de conclusie dat de huidige ideeën van huidskleuren niet kloppen.
McNamara gebruikte een afgesloten drukvat, ook wel een autoclaaf genoemd, om te kijken hoe pigmenten in vogelveren worden beïnvloed door fossilisatie. Daaruit concludeerde ze dat de pigmentcellen gedurende dit proces krimpen en dat wetenschappers daarom voorzichtig moeten zijn met het maken van nauwkeurige kleurvoorspellingen op basis van celanalyse.
Met die bevinding trekt ze het project van Jakob Vinther, een andere onderzoeker van de Universiteit van Bristol, in twijfel. Hij dacht door het analyseren van organellen in fossielen het pigment van een dinosaurus te kunnen voorspellen. De ‘aanval’ van McNamara doet hem echter niet veel. Tegenover Wired geeft hij aan dat het slechts om kleine kleurverschillen gaat, tussen bijvoorbeeld een roodbruine huidskleur en een iets minder roodbruine huidskleur. Nieuw onderzoek zal moeten uitwijzen in hoeverre Vinthers voorspellingen kloppen.
In KIJK 5/2013, te verschijen op 5 april: een artikel over de vraag hoe de wereld eruit zou zien als de dinosauriërs nooit waren uitgestorven.
Bronnen: Biology Letters, Wired