Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
We laten ons genetisch materiaal op heel wat plekken achter, ontdekten wetenschappers. Dat levert toepassingen op, maar biedt ook zorgen.
Mensen ademen, hoesten, snotteren, spugen, verliezen huidschilfers, en poepen en plassen wat af. Ongemerkt laten we ons DNA bijna overal achter. Ook op het strand, in de rivier, in de zee en zelfs in de lucht. Neem je daar een monster van, dan krijg je DNA van zo’n hoge kwaliteit dat je er zelfs iemand mee kunt identificeren. Zo schrijven onderzoekers van de University of Florida (VS), onder leiding van David Duffy, in Nature Ecology & Evolution.
Lees ook:
- Sommige werkgevers vragen om DNA-test, is dat zinnig?
- Biodiversiteit meten met DNA in de lucht
- Niet alle DNA-foutjes zijn kwalijk voor de mens
eDNA en schildpadden
DNA dat is achtergelaten in de omgeving wordt ook wel eDNA (environmental DNA) genoemd. Vorig jaar verscheen een onderzoek van Duffy’s team over een toepassing ervan bij bedreigde zeeschildpadden. Het genetische materiaal van de dieren werd aangetroffen in de sporen die ze maakten op het strand. De onderzoekers konden met dat eDNA vaststellen welke virussen de schildpadden onder de leden hadden.
Duffy en collega’s vermoedden toen dat er ook menselijk eDNA in de monsters moet zijn beland. En wellicht ook elders op het strand. De vraag was hoeveel? Gewapend met de nieuwste technieken voor sequencing (het bepalen van de volgorde van DNA-bouwstenen) gingen de onderzoekers aan de slag.
Ter land, ter zee en in de lucht
Het team nam monsters op verschillende locaties. Van de stranden en een oceaan rondom het laboratorium in Florida tot aan een rivier die door een dorp stroomt in Ierland. Overal vonden Duffy en collega’s menselijk DNA. Nou ja, alleen niet op een onbewoond eiland nabij de kust van Florida en de moeilijk bereikbare bergtop waar de Ierse rivier zijn oorsprong heeft. Maar dat is niet zo gek, als je bedenkt dat daar waarschijnlijk nooit eerder een mens voet had gezet.
Ook gingen de onderzoekers langs in een dierenziekenhuis. Ze namen daar monsters van de lucht in de verschillende kamers. De DNA-sporen die ze daarin vonden konden ze perfect matchen met specifieke personeelsleden en dierenpatiënten.
Verder was het bijzonder dat het gevonden DNA een erg hoge kwaliteit had. Zo hoog zelfs dat het mogelijk bleek om mutaties te vinden die ziektes kunnen veroorzaken. Ook konden de onderzoekers er stamboomonderzoek mee verrichten.
eDNA voor het oprapen
Bijna overal is dus menselijk DNA te vinden. Dat biedt vele interessante toepassingen. Zo kunnen we bepaalde kankermutaties gaan traceren in de riolering. Neemt een bepaalde mutatie in een regio bijvoorbeeld flink toe, dan kan dat reden zijn tot zorg en moet er een onderzoek komen om de oorzaak te achterhalen. Of denk aan een plaatst delict. Normaal gaat de politie op zoek naar vingerafdrukken, bloedspatten of een achtergelaten haar om de dader te vinden. Maar misschien is diens DNA gewoon uit de lucht te plukken?
En dat is dan ook gelijk de keerzijde van de medaille. Als dat eDNA zo letterlijk voor het oprapen ligt, kunnen kwaadwillende personen er dus ook bij. En dat biedt de onderzoekers terecht zorgen. Het is belangrijk dat de autoriteiten daarom nu meer onderzoek laten doen naar de ethische bezwaren en privacykwesties van het gebruik van eDNA, geven ze aan. Wegen de nuttige toepassingen op tegen de kans op misbruik? De toekomst zal het leren.
Bronnen: Nature Ecology & Evolution, University of Florida via EurekAlert!