Rode vuurmieren overleven overstromingen door een drijvend vlot te vormen. Wetenschappers hebben nu ontdekt hoe ze dat precies doen.
De mieren hebben een slimme manier om een overstroming te overleven. Ze grijpen elkaar vast en vormen zo een vlot. Eerder beschreef KIJK al hoe sterk zo’n vlot is; vergelijkbaar met een mens dat aan een gebouw hangt terwijl er zes volwassen olifanten aan zijn lichaam bungelen. Ook schreven we al dat het vlot gevormd wordt doordat de diertjes elkaar met hun poten of kaken vastgrijpen. Nu hebben onderzoekers van het Georgia Institute of Technology deze vlotten in nog meer detail bekeken.
Mierenvlot in de CT-sanner
Om dat te doen bevroren ze het mierenvlot in vloeibare stikstof. Vervolgens bedekten ze de structuur met een laagje lijmdamp om zo alle verbindingen te behouden. Dit geheel legden ze in een CT-scanner. Zo lukte het om het sterkste deel van het vlot (de binnenkant) beter te bestuderen.
14 connecties met 4,8 buren
Zo ontdekten ze dat iedere mier met gemiddeld 4,8 buren is verbonden. Hoewel de insecten maar zes poten hebben vormden ze gemiddeld 14 connecties met hun buren. Ze gebruiken daarvoor ook hun kaken en kleverige delen van het lichaam. Grote mieren kunnen zelfs wel 21 verbindingen maken. Van de 440 dieren die werden gescand, gebruikte 99 procent alle zes de poten om verbindingen met zijn buren te maken. De wetenschappers ontdekten ook dat kleine mieren de lege ruimtes tussen grote soortgenoten opvullen.
Luchtbellen in het vlot
De onderzoekers merkten verder op dat mieren hun poten gebruiken om de afstand tot hun buren te vergroten. Op deze manier kunnen ze luchtbellen in het vlot creëren, waardoor het beter blijft drijven.
Ten slotte ontdekten ze dat de mieren loodrecht op elkaar georiënteerd zijn. Dat zorgt voor een groter aanpassingsvermogen waardoor het vlot kan uitzetten of krimpen als dat nodig is.
Bronnen: Journal of Experimental Biology, Georgia Institute of Technology via EurekAleret!, The Company of Biologists via EurekAlert!