Nieuwe hoop voor chlamydiavaccin?

KIJK-redactie

22 juni 2015 09:00

Wetenschappers hebben een vaccin ontwikkeld tegen chlamydia. In dierproeven lijkt het middel goed te werken.

Chlamydia is een van de meest voorkomende soa’s. Het besmet jaarlijks meer dan 100 miljoen mensen. In ontwikkelingslanden is het de meest voorkomende oorzaak van onnodige blindheid en in de hele wereld is het een van de belangrijkste oorzaken van onvruchtbaarheid en buitenbaarmoederlijke zwangerschappen. De zoektocht naar een vaccin tegen de ziekte liep niet voorspoedig; maar wetenschappers zijn nu weer een stapje verder.

In de jaren ’60 kregen een aantal mensen een prik met dode chlamydiabacteriën, een reguliere manier om mensen te vaccineren. Je lichaam kan zo leren om een ziekmaker te bestrijden, zonder dat de bacteriën je echt ziek kunnen maken. Helaas had deze methode bij het chlamydiavaccin niet het beoogde effect en werden een aantal mensen juist gevoeliger voor de soa. Sindsdien zijn er geen vaccins in mensen getest.

T-cellen beschermen de bacterie

Wetenschappers denken nu te weten waarom het vaccin niet werkte. Volgens hen zijn de T-cellen, witte bloedcellen die een rol spelen bij de afweer, de schuldigen. Deze cellen herkennen specifiek een antigen. Vervolgens kunnen ze kiezen; ze kunnen het antigen en de bijbehorende bacterie bestrijden of ze kunnen deze juist beschermen. Wanneer muizen worden geïnjecteerd met levende chlamydiabacteriën, herkennen de T-cellen het gevaar en ontwikkelen ze zich tot ‘antiterreurgroepen’. Worden muizen echter geïnjecteerd met dode bacteriën, dan zien de afweercellen geen gevaar en beschermen ze de cellen juist om een ongewenste ontsteking te voorkomen.

Helaas kun je mensen niet zomaar een portie levende chlamydiabacteriën toedienen. Hier zouden ze immers ziek van worden. Wetenschappers bedachten een alternatief. Ze gebruikten de dode bacteriën maar voegden een adjuvant (een soort hulpstof) toe. Zo’n adjuvant geeft het immuunsysteem een waarschuwing dat de stof gevaarlijk is. Wanneer de bacterie en het adjuvant stevig aan elkaar vast zitten krijgt het immuunsysteem de gewenste waarschuwing en zijn de muizen beschermd tegen de ziekte. De beestjes die het nieuwe vaccin krijgen toegediend zijn dan ook goed beschermd tegen chlamydia. Beter zelfs dan hun soortgenoten die al een keer met levende bacteriën zijn besmet.

Neusspray

Wie geen zin heeft in nog een prik kan rustig ademhalen. De wetenschappers ontdekten namelijk dat het vaccin beter werkt als neusspray dan als injectie. Ook dit heeft een goede reden. De T-cellen onthouden namelijk waar ze de bacteriën hebben gevonden. Wordt het vaccin in de huid of in spieren geïnjecteerd dan haasten de afweercellen zich eerst daarnaartoe. Maar chlamydia tast juist de slijmvliezen aan, zoals van de baarmoeder en neus. Door het vaccin toe te dienen in slijmvliezen onthouden de T-cellen waar ze als eerste heen moeten.

Meer over vaccinaties lees je in KIJK 6/2015, die hier nog online te bestellen is.

Bronnen: Science, Harvard Medical School via EurekAlert!