De Brit Paul Priestman denkt dat treinen veel efficiënter worden als passagiers kunnen opstappen terwijl de trein rijdt.
Bij elk station moet een trein volledig tot stilstand komen. De deuren gaan open, passagiers stappen uit, nieuwe stappen in, de deuren sluiten zich en de trein kan eindelijk weer verder. Dat kan slimmer, vindt ontwerper Paul Priestman van het Londense ontwerpbureau Priestmangoode. En hij bedacht het railsysteem van de 21ste eeuw.
Het idee van de ontwerper is dat intercitytreinen continu blijven rijden. De passagiers worden bij de stations opgepikt door speciale trams. Eenmaal volgeladen maakt zo’n tram snelheid, gaat naast de intercity rijden en wordt eraan gekoppeld zodat de passagiers kunnen overstappen. Als dat is gebeurd, wordt het zaakje weer losgekoppeld en gaat de tram met een flinke boog terug naar het station. Op dezelfde manier kunnen passagiers trouwens ook op volle snelheid overstappen op treinen naar andere bestemmingen.
Mooi plan, maar wij zien nog wel een paar beren op het spoor. Wat gebeurt er bijvoorbeeld als een intercity vertraging heeft? Is zo’n systeem, dat waarschijnlijk redelijk wat ruimte in gaat nemen, wel haalbaar in overbevolkte gebieden? En vooral: wat kost dat allemaal wel niet?
Priestman is zich ervan bewust dat zijn idee nogal wild is. Maar, zo zegt hij, het hele concept van stations waar treinen mensen oppikken is achterhaald. We proberen nog steeds om een nieuw transportsysteem te bouwen op infrastructuur die uit de negentiende eeuw stamt. Het wordt volgens hem dus hoog tijd dat we iets nieuws bedenken.
Bron: Wired
Beeld: Priestmangoode