Rond het Queen Elizabeth Olympic Park in Londen voltrok zich afgelopen week de 31e editie van de Shell Eco-marathon. KIJK was erbij.
Het deed een beetje aan als een wat kleiner Formule 1-circuit. Maar in plaats van brandstofslurpende sportwagens flitsten er de afgelopen week ultrazuinige en futuristische voertuigen voorbij op het stratencircuit van het Queen Elizabeth Olympic Park in Londen. Hier streden drieduizend studenten uit ruim 29 landen in verschillende klassen met elkaar om wie de energiezuinigste auto had.
Gouden race
Vorig jaar ging het Delftse Eco-Runner Team met de eerste prijs in de waterstofklasse aan de haal. De op waterstof aangedreven bolide had een verbruik van omgerekend 3653 kilometer op slechts één liter benzine. Het team probeerde tijdens de duurzaamheidsrace in Londen de titel te verdedigen, terwijl ook veertien andere Nederlandse teams een gooi deden naar eremetaal.
Het Eco-Runner Team werd opnieuw gerekend tot een van de belangrijkste kanshebbers in de waterstofklasse. Ook de grote concurrent kwam uit Nederlandse hoek: het Amsterdamse Team H2A. Dit team sleepte het goud binnen in 2013 en 2014.
Zigzagstrepen
Eco-Runner Team Delft en Team H2A zagen elkaar dan ook als de grootste concurrent, erkende Eva Smeets, teammanager van het Delftse team. Op het terrein vertelde ze verder dat het team met een compleet nieuw voertuig de titel probeert te prolongeren. “Bij de bouw hebben we geprobeerd om de vorm van de auto op een druppel te laten lijken. Dat is de meest aerodynamische vorm die er bestaat.”
Vorig jaar had het voertuig van het team de laagste luchtweerstand van de wereld, zo bleek uit windtunnelmetingen. Dit jaar is de wagen, waar studenten van TU Delft bijna negen maanden aan werkten, mogelijk nog aerodynamischer. “Het voertuig is nu voorzien van zigzagstrepen”, vertelde Smeets. “Luchtstroming rondom een auto zorgt voor veel weerstand. De strepen maken de stroming van lucht langs het voertuig turbulenter, waardoor deze minder snel van het voertuig loskomt. Er is ontstaat dan minder druk achter het voertuig en op die manier wordt de snelheid minder afgeremd.”
Helling
Anders dan de afgelopen jaren, toen het evenement plaatsvond in Rotterdam, was het parcours dit keer niet vlak. Het 2240 meter lange stratencircuit kende een lange afdaling, waarop een uitdagende helling volgde met een stijgingspercentage van 5 procent. Verschillende teams hadden daar zichtbaar moeite mee; een groot deel komt de helling zelfs helemaal niet op.
Dat lukte Eco-Runner Team Delft wél en dat was mede te danken aan de nieuwe ingebouwde boostcaps. “Dat zijn batterijen die heel snel kunnen opladen en ontladen”, legde Smeets uit. “Op deze manier kunnen we de wagen op de helling laten versnellen, wat uiteindelijk ook efficiënter is voor het stroomverbruik.”
Bronzen plakken
Tot een titelprolongatie leidden de boostcaps echter niet. Wel eindigde de Delftse formatie opnieuw op het podium en moest het alleen een Italiaans en Duits team voor zich dulden.
Hoewel Smeets er met haar team niet in slaagde om de titel te verdedigen, laat ze weten blij te zijn met de derde plaats. “Het is een bekroning van een jaar van intensieve samenwerking, zowel binnen het team als met onze sponsors en de organisatie. Het is fantastisch zo veel te hebben mogen leren over technologie en dit terug te kunnen zien in de praktijk.”
Ook twee ander Nederlandse teams keerden met brons naar huis. Green Team Twente werd derde in de waterstofklasse voor UrbanConcept-wagens, terwijl het Eindhovense Summotive een bronzen plak pakte in de GTL Fuel-klasse, eveneens voor UrbanConcept-voertuigen. In deze categorie lijken de wagens meer op gewone voertuigen, die in principe aan het gewone verkeer moeten kunnen deelnemen.
Make the Future
Het was de eerste keer dat de Shell Eco-marathon in Londen werd gehouden. Het evenement was onderdeel van Make the Future Londen, een openbaar evenement dat in het teken staat van slimme ideeën voor de wereldwijde energie-uitdagingen.