Ruimtesonde hopt van komeet naar komeet

Naomi Vreeburg

04 september 2015 11:00

NASA heeft een vislijn en een harpoen nodig om een ruimtevaartuig van komeet naar komeet te sturen. 

Het is niet gemakkelijk om een ruimtesonde van het ene hemellichaam naar het andere te laten reizen. Maar NASA heeft een Eureka-momentje beleefd om dit probleem op te lossen. Maak kennis met de zogenoemde Comet Hitchhiker, een concept dat geen gebruik maakt van raketmotoren om af te remmen en te versnellen, maar van een harpoen en een soort vislijn. Zo zou een sonde van komeet naar komeet kunnen springen.

Hengelen

Je kunt het concept vergelijken met het binnenhalen van een vis. Stel je voor dat je op een bootje zit. Je gooit je hengel uit en na een tijdje blijk je een groot exemplaar beet te hebben. Je gaat dan niet als een gek staan trekken aan je vislijn, maar laat hem af en toe vieren. De boot bereikt dan uiteindelijk ongeveer dezelfde snelheid als de vis. Waarna je hem langzaam kunt binnenhalen.

Een sonde die zijn ‘vis’ – in dit geval een komeet of asteroïde – aan de haak weet te slaan met een harpoen en vervolgens zijn lijn laat vieren, bereikt uiteindelijk ook dezelfde snelheid als het hemellichaam in kwestie. Door hierna de lijn op te halen, komt het ruimtevaartuig steeds dichterbij. Om dit ruimteobject vervolgens weer te verlaten, wordt de vislijn en harpoen heel snel in de sonde getrokken. Het vaartuig krijgt zo een duw in de richting van het volgende hemellichaam.

Er is weinig brandstof nodig voor dit trucje. “Het ruimtevaartuig verzamelt namelijk kinetische energie bij het binnenhalen en laten vieren van de vislijn”, vertelt hoofdonderzoeker Masahiro Ono.

Materiaal

De grootste uitdaging op dit moment is het vinden van een materiaal dat de krachten die worden uitgeoefend en de hitte van een ruimtevaartuig kan weerstaan. Ook zal er een behoorlijk lange ‘vislijn’ nodig zijn van zo’n 100 tot 1000 kilometer die tegen de impact van kleine meteorieten kan. NASA zal verschillende ideeën en materialen gaan uittesten op aarde.

Bronnen: NASA, IFL Science

Beeld: NASA


Meer Nieuws