Zoals we hier al meldden, willen Britse onderzoekers later dit jaar een smartphone in een satelliet lanceren. Maar hoe overleeft de batterij van zo’n ding de lage temperaturen in de ruimte?
Die kwestie legden we voor aan Surrey Satellite Technology Ltd, het bedrijf dat met het bovengenoemde plan bezig is. “Goede vraag”, reageert Shaun Kenyon, projectmanager van de satelliet, die STRaND-1 is gedoopt. Hij legt uit: “Belangrijk is dat er drie manieren zijn om warmte over te dragen: conductie, convectie en straling. In de ruimte is er geen lucht, waardoor er geen warmte van de satelliet kan verdwijnen via convectie. Daarnaast is de satelliet nergens fysiek mee verbonden, dus ook conductie speelt geen rol. Daardoor blijft alleen warmteverlies door straling over – een klein effect in vergelijking met de andere twee mechanismen.”
Maar, zo stelt Kenyon, ook op die manier zou de satelliet uiteindelijk toch heel koud worden, met een niet goed functionerende batterij tot gevolg. Dat probleem wordt echter grotendeels voorkomen door het feit dat de satelliet volgens Kenyon zestig van de negentig minuten wordt beschenen door de zon. “Hierdoor zou de temperatuur van de STRaND-1-satelliet tussen de -5 en de 50 graden Celsius moeten blijven liggen.”
“Bovendien zal de software van de satelliet de temperatuur van de batterij in de gaten houden”, vervolgt Kenyon. “Als die te laag wordt, start automatisch een programma dat heel intensief gebruikmaakt van de processor van de smartphone. Daardoor wordt de processor warm, en daarmee ook de batterij.” Oftewel: als het onverhoopt al te fris wordt voor het telefoontje, dan krijgt het de opdracht om zich bij wijze van gymnastiek ‘warm te rekenen’.
Beeld: Surrey Satellite Technology Ltd